www.vergadering.nu  Recensie-index  www.vergadering.nu

7 RECENSIES


Waarlijk vrij?
Bevrijdingspastoraat in het licht
Els Nannen
Uitg. Voorhoeve,2010
9789029795760
473 pag. € 29,50
Dit boek bestellen bij Boekwinkeltjes.nl (tweedehands)...
of zoek bij: fakkel.nl | ichthusboekhandel.nl | goedhartboeken.nl

In brede christelijke kring is steeds meer belangstelling voor bevrijdingspastoraat. Het is hoog tijd om goed te kijken wat de Bijbel zegt over demonie, gebondenheid en bevrijding. 
In dit prettig leesbare en tegelijkertijd gedegen werk laat Els Nannen zien waar de huidige pastorale praktijken vandaan komen en wat hun geestelijke basis is. Op een zorgvuldige manier worden leringen en praktijken getoetst aan Gods Woord. Waarlijk vrij? Is een gedegen tegen-de-stroom-in boek voor iedereen die betrokken is bij pastoraat. 
Els Nannen studeerde rechten. Zij was verbonden aan de Evangelische Hogeschool. Zij publiceerde over onderwerpen rond Bijbel, psychologie en pastoraat, o.a. een boek over Carl Gustav Jung. Het voorwoord is van de hand van prof.dr. J.W. Maris.


7. Reformatorisch Dagblad - 13 mei 2011 - www.refdag.nl 
     
De Oogst - 1 april 2011 - www.totheildesvolks.nl

Els Nannen bestrijdt bevrijdingspastoraat op biblicistische manier

Recensie door Dr. M. J. Paul

Omdat er de laatste jaren steeds meer aandacht komt voor bevrijdingspastoraat, de hulp aan mensen die te maken hebben met vormen van occulte belasting, is een grondige bezinning gewenst. Het lijvige boekwerk ”Waarlijk vrij?” van Els Nannen zou hieraan moeten bijdragen, maar de aanpak stelt teleur.

Bij de behandeling van een dergelijk moeilijk onderwerp zou men verwachten dat enige standaardwerken worden besproken. Te denken valt aan het werk van John Nevius in China, Kurt Koch in Duitsland, Peter Horrobin in Engeland en van Michael Perry over de Anglicaanse kerk. Deze boeken zijn echter geen van alle geraadpleegd door de schrijfster. Ook ontbreken studies over de geestelijke wereld die in de brieven van Paulus aan de gemeenten Efeze en Kolosse wordt beschreven. Nannen, oud-docente psychologie aan de Evangelische Hogeschool, voert daarentegen wel allerlei populair geschreven boekjes, lezingen en interviews aan, terwijl de argumentatie daarin uiteraard grotendeels ontbreekt (wat ook haar kritiek is).

Hoofdstuk 1 van ”Waarlijk vrij” heet ”Enkele momenten uit de geschiedenis van de kerk”. Ook hier ontbreken alle overzichtswerken, maar geeft de auteur slechts een paar losse citaten via andere auteurs aangehaald. Op grond hiervan worden Tertullianus, Cyprianus, Augustinus en andere kerkvaders van verkeerde leringen beschuldigd. Vervolgens pakt Nannen ds. J. Chr. Blumhardt met zijn bevrijdingspastoraat in het Duitse Möttlingen aan. Omdat hij diverse fouten heeft gemaakt in de zoektocht naar de bevrijding van Gottliebin Dittus en vanwege eenzijdigheden en dwalingen in zijn theologie, lijkt er ook van hem niets te leren.

Deze benadering in hoofdstuk 1 is helaas typerend voor heel het boek: er wordt geen poging gedaan de intenties van de geciteerde theologen recht te doen, maar steeds worden enkele woorden geciteerd en vervolgens bekritiseerd. De nadruk ligt in het boek op de wortels van charismatisch triomfalisme, met de Amerikaanse predikant E. W. Kenyon rond 1900 als geestelijk vader. Hoewel ik direct toegeef dat hier een oorsprong ligt van hedendaagse zorgwekkende leringen is het voor mij van fundamenteel belang dat de wortels van het bevrijdingspastoraat in de Vroege Kerk liggen. Iedereen die zich echt verdiept in de eerste eeuwen van de kerkgeschiedenis weet van verschillen in inzicht, van onderlinge verdeeldheid, van dwalingen en van verkeerde invloeden uit de filosofie. Niettemin stond de Vroege Kerk het dichtst bij het Nieuwe Testament en kunnen wij hier ten aanzien van de omgang met demonisch gebonden mensen heel wat leren.

Nannen formuleert als uitgangspunt: „Het op de Schrift gebaseerde getuigenis: alleen Jezus Christus, alleen de Schrift, alleen uit genade en alleen uit geloof.” Vanuit haar eigen uitleg van Bijbelteksten geeft ze steeds aan waar het bevrijdingspastoraat een onjuiste verklaring geeft. Daarmee legt ze meermalen de vinger bij een gevoelige plek: het Bijbelgebruik in het bevrijdingspastoraat is lang niet altijd zorgvuldig. Echter, de schrijfster let niet op Bijbels-theologische lijnen, maar concentreert zich op losse teksten. Ze heeft gelijk dat Exodus 20:4 niet spreekt over de doorwerking van occulte belasting in de geslachten, maar deze tekst geeft wel inzicht in de veel algemenere relatie tussen de geslachten. Daarom kan ze indirect aangevoerd worden bij de constatering in de praktijk dat kinderen de dupe kunnen zijn van de occulte zonden van hun ouders.

Hier noem ik een waarneming uit het pastoraat, maar Nannen meent dat zo een nieuwe openbaringsbron wordt aangeboord. Bij de reformatoren betekent ”alleen de Schrift” een verzet tegen het leergezag van Rome, maar zij hebben zich niet gekeerd tegen waarnemingen in de praktijk. Ook hebben zij bij de vormgeving van het kerkelijk leven allerlei beslissingen genomen met het oog op de toenmalige situatie. Lang niet alles in het kerkelijk leven is direct uit de Schrift af te leiden. Nannen versmalt echter ”alleen de Schrift” tot wat er letterlijk in de Bijbel geschreven staat. Daarmee doet ze de reformatoren geen recht, maar naar mijn overtuiging ook de Schrift zelf niet. Met name de wijsheidsboeken laten zien hoeveel waarde waarnemingen en de vertaling naar de praktijk hebben. Schriftuurlijke toetsing is en blijft nodig, maar dat is niet hetzelfde als de vraag of iets ”is terug te vinden in de Bijbel”.

Ook de geestelijke leiding die mensen in het pastoraat kunnen ervaren door het spreken van de Heilige Geest wordt gewantrouwd. Laat ik direct toegeven dat er verschil is: Gods spreken in de Bijbel is altijd de norm waaraan onze ervaringen worden getoetst, ook als we menen door God geleid te worden. Omdat Nannen dit onderscheid onvoldoende in rekening brengt, zijn volgens haar allerlei ervaringen subjectief en kunnen ze zelfs door demonen ingegeven zijn.

Mijn conclusie is dat het boek heel wat populaire literatuur bespreekt en meermalen terechte waarschuwingen bevat, maar in aanpak onwetenschappelijk is en geen recht doet aan diverse auteurs. Erger nog is dat Nannens eigen uitleg van Bijbelteksten vaak de norm is en dat alle besproken praktijken in een biblicistisch kader worden geplaatst. Ook doet ze geen recht aan Gods leiding van Zijn Kerk in de loop van de geschiedenis. Het boek is negatief getoonzet doordat de auteur aangeeft hoe het niet moet; een positief alternatief ontbreekt. De inhoud stelt daarom in veel opzichten teleur.


6. Nederlands Dagblad - 10 maart 2011 - http://www.nd.nl/images/library/PDF/110310.pdf 

Bevrijdingspastoraat vraagt kritische blik

Reactie door Dr. J.W. Maris
emeritus hoogleraar Theologische Universiteit Apeldoorn

…Drs. R.J.A. Doornenbal schrijft in het ND van 7 maart over het boek van Els Nannen (‘Waarlijk vrij? Bevrijdingspastoraat in het licht’). Zijn mening is zo suggestief dat een verkeerde indruk over dit onderwerp ontstaat.
Doornenbal zegt dat Els Nannen in haar boek zinspeelt op satanische invloeden in bevrijdingspastoraat. Zinspelen is echter niet de meest opvallende trek van Els Nannens boek. Zij spreekt doorgaans heldere taal. En dat ook als zij de argeloze manier aan de kaak stelt waarop in veel bevrijdingspastoraat demonen ondervraagd worden – verboden in Gods Woord – en waarop vervolgens de zo verkregen informatie uit een dergelijke leugenachtige bron als relevant wordt gehanteerd! Je zou wensen dat deze eyeopener ter harte werd genomen, zodat overwogen kan worden of een dergelijke praktijk voor Gods aangezicht ook schuld is.

Doornenbal meent dat Els Nannens boek geen grondige hermeneutische, en dus exegetische, basis heeft, en suggereert daarmee dat het dus een oppervlakkig boek is. Ik laat even voor zijn rekening dat de huidige menswetenschappen lijken te moeten helpen om die basis te vinden. De vele passages in het boek die getuigen van zorgvuldig Bijbellezen, leiden tot het stellen van ernstige vragen aan de bevrijdingspastores.

Generatievloek
De problematiek zit onder andere daar waar men tot de idee van een blijvend effect van occulte zonden van voorouders gekomen is, waardoor een ‘generatievloek’ op de nakomelingen zou rusten. In het nageslacht moet dus nog worden afgerekend met deze vroegere zonden, óók als men daar zelf als kind van God geen deel aan heeft. Hier is een zorgvuldig lezen van onder andere Exodus 20:5 wel van belang. De problematiek zit ook daar waar men bijvoorbeeld in de lijn van Neil Anderson claimt door zijn ‘identiteit in Christus’ op gelijke hoogte te staan als de Zoon van God en zo zelf de strijd met duivelse machten en invloeden aankan. Nannen wijst zulke dingen aan in een zorgvuldig luisteren naar de Schriften. 
Doornenbal gaat – als historicus – geheel voorbij aan de achtergronden in de geschiedenis die het boek tekent, zoals de praktijk van het bevrijdingspastoraat van J.C. Blumhardt, die als een soort vader van het bevrijdingspastoraat geldt. In dat kader moet ook het hoofdstuk over de wortels van charismatisch triomfalisme worden genoemd.

Voor pastores
Het boek bevat inderdaad niet een handzame concrete handleiding voor het omgaan met occult of demonisch gebondenen. Els Nannens vroegere publicatie (‘Van occultisme naar bevrijding’) gaf daar meer over. Toch is dit boek een must voor pastores, om de ogen open te krijgen, zowel voor de listen van de Boze, als voor de verantwoordelijkheid die ook ‘gewone’ herders in de gemeente hebben.

Het is ook een must voor mensen die op dit terrein juist actief zijn. Laten ze er maar kritisch naar kijken. Laten ze er maar vragen bij stellen, in het licht van Gods Woord. Maar laat het dan minder oppervlakkig toegaan dan in het stukje van drs. Doornenbal gebeurt. 


5. Nederlands Dagblad - 8 maart 2011 –  http://www.nd.nl/images/library/PDF/110308.pdf 

ingezonden door Jenö Sebök, Putten

Bevrijdingspastoraat

Els Nannen schetst in haar boek (zo lees ik in het ND van 3 maart) eerst een karikatuur van het bevrijdingspastoraat en gaat het vervolgens afkraken. Ze stelt dat het bevrijdingsteam of de exorcist gevaar loopt gebonden te raken. Zij geeft dus toe dat demonische gebondenheid bestaat, ook in deze tijd. Maar zij is fel tegen het wegsturen van demonen in de naam van Jezus. Moeten al die gebonden mensen dan maar in hun lot berusten? 

Ook beweert zij in het artikel dat ‘de Schrift daartoe (bevrijdingspastoraat) geen enkele opdracht geeft, dus geen volmacht én ook geen bescherming’. Zou ze nooit van Marcus 16 vers 17 gehoord hebben (‘in mijn naam zullen zij boze geesten uitdrijven’)? En weet ze niet dat de apostelen boze geesten uitdreven in de naam van Jezus? 

Els Nannen verwijt het bevrijdingspastoraat dat ‘er niet alleen tot God gebeden wordt, maar ook worden demonen geboden’. En hieruit concludeert zij dat mensen die demonen uitdrijven in de naam van Jezus zich bezighouden met spiritisme. Dat is pure laster. Ik wil er graag op wijzen dat het aanspreken van demonen in Jezus’ naam en ze gebieden weg te gaan, heel iets anders is dan bidden tot demonen of met ze in gesprek gaan. Dat zou inderdaad gelijkstaan aan spiritisme. 

Ook vindt Nannen dat het aanspreken van demonen bij een hulpvrager nooit tot vrijheid kan leiden. ‘Hij kan hooguit een misleidende pseudobevrijding ervaren en zich vrij voelen’. Het wordt tijd dat Els Nannen eens gaat praten met de mensen die een echte bevrijding hebben ervaren. Het zijn er velen.


4. Nederlands Dagblad - 7 maart 2011 - http://www.nd.nl/images/library/PDF/110307.pdf 

Reactie op het ND-artikel van 2 maart 2011 

door Drs. R.J.A. Doornenbal
docent aan de Academie voor Theologie, Christelijke Hogeschool Ede

Els Nannen stelt in boek over bevrijdingspastoraat teleur

…Het boek over bevrijdingspastoraat van oud-EH-docent psychologie Els Nannen is er een van ‘grote slagen, gauw thuis’. Dat is jammer, want aan een gedegen studie is wel behoefte.

Els Nannen zinspeelt in haar boek ‘Waarlijk vrij? Bevrijdingspastoraat in het licht’ op mogelijke satanische invloeden binnen de kringen waarin het zogenaamde ‘bevrijdingspastoraat’ wordt gepraktiseerd (ND 3 maart, pagina 2). Wat dit boek echter ontbeert, is een degelijke basis voor dit soort algemene verdachtmakingen. 

Ook qua hermeneutiek (de regels om te komen tot de juiste Bijbeluitleg) ontbreken de nodige overwegingen. Veel van haar redeneringen komen niet verder dan: ‘Het staat niet in de Bijbel, dus…’ Een grondige uitleg van de Bijbelteksten die (wel) handelen over het uitdrijven van demonen en wat dit betekent voor nu ontbreekt. De auteur gaat niet in op de overkoepelende vraag wat eigenlijk het verband is tussen de Bijbel en ons leven als christen vandaag. Zijn er immers niet veel meer zaken in de kerk, de pastorale praktijk en in de theologie die een belangrijke rol spelen, terwijl ze evengoed niet – of slechts terloops – in de Bijbel staan genoemd? 

Nannen gaat ook voorbij aan de vraag hoe je de verworvenheden van menswetenschappen (o.a. psychologie) kunt integreren in theologie en bevrijdingspastoraat. Wie het boek leest, maakt kennis met een auteur die niets meer hoeft te leren, maar ‘alles’ al weet, en wel met absolute zekerheid. Dat blijkt bijvoorbeeld uit haar generaliserende benadering: ‘bevrijdingspastoraat’ is on-Bijbels en charismatisch en dus fout, zo niet satanisch geďnspireerd. Dat noem ik geen geestelijk onderscheidingsvermogen, maar bangmakerij. 

Het lijkt erop dat Nannen zich niet eerst heeft afgevraagd hoe theologen die diepgaand hebben gestudeerd op deze thematiek en die zelf actief betrokken zijn in het bevrijdingspastoraat hiertegen aan kijken. In elk geval ontbreken verwijzingen naar de(r)gelijke bronnen in haar boek. Evenmin lijkt de schrijfster open te staan voor wat God in zijn genade tot heil en zegen bewerkt door ‘aarden vaten’ bij wier theologische opvattingen je soms inderdaad vragen kunt stellen. Verder suggereert ze verbanden tussen extreemcharismatische figuren uit het buitenland en bepaalde Nederlandse auteurs die publiceren op het gebied van bevrijdingspastoraat, terwijl ze die verbanden niet aantoont.

Kritische ondervraging
Nannens boek is samen te vatten als een kritische ondervraging van bepaalde extreemcharismatische leringen rondom het thema bevrijdingspastoraat. Dat heeft een bepaald nut, al kun je je afvragen of je de gemeente van Christus dient door alleen maar ergens tegen te zijn. De auteur biedt geen concrete handreikingen voor hoe je om kunt gaan met occult of demonisch gebondenen, terwijl zij opmerkelijk genoeg wel de ruimte openlaat dat hier toch sprake van kan zijn. Al met al biedt Nannen helaas geen verantwoorde bijdrage over het thema ‘bevrijdingspastoraat’ als zodanig, terwijl hier wel een grote behoefte aan bestaat. 


3. Online reactie op www.nd.nl - 2 maart 2011 
door Harry Sleijster

Een vooringenomen anti-charismatische houding geeft altijd verwrongen beelden. In veel van wat zij hier zegt, zullen charismatischen zich totaal niet herkennen. Veel te gemakkelijk stelt Nannen dat er bepaalde dingen gedaan en gezegd worden, bijv.: 'charismatici onderschatten de duivel', en: 'zij richten het oog niet uitsluitend op Jezus, maar fixeren op demonen'. Dit zijn onzinnige voorstellingen. Dit is gewoon preken voor eigen parochie.

Een vreemde en gewoon onbijbelse kijk heeft Nannen op wat er feitelijk gebeurt. Zij zegt: 'demonen worden geboden'; en dat 'sommeren van demonen' is volgens Nannen geheel fout. Dat Jezus demonen gebood, en dat Hij ook zijn discipelen dit opdroeg, zegt haar blijkbaar niet veel. Zij noemt dit zelfs spiritisme. Ik lees zelfs dat zij zegt dat de Schrift geen opdracht geeft om demonen uit te drijven. Maar dit is gewoon in tegenspraak met de Bijbel. Nannen praat erover alsof het dan zou gaan om 'je inlaten met demonen'. Dat lijkt een omkering van de werkelijkheid.

Bevrijding van vloeken is volgens haar altijd schijnbevrijding.
Tot slot meent zij dat die pastors allemaal zelf gebondenen zijn. Bijzonder vreemde uitspraken.


2. Nederlands Dagblad - 2 maart 2011 - www.nd.nl

Demonische invloed bij bevrijding

Door redactie kerk en religie

KAMPEN - Wie deelneemt aan bevrijdingspastoraat - zowel hulpvrager als bedienaar - loopt grote kans zelf demonisch beďnvloed of zelfs gebonden te raken.

Dat stelt Els Nannen in haar boek Waarlijk vrij? Bevrijdingspastoraat in het licht (Uitgeverij Voorhoeve, Kampen). Daarin keert zij zich tegen de ook in traditionele kerken oprukkende 'bevrijdingsbediening', waarvan de wortel volgens haar ligt in het al oudere charismatische gedachtegoed binnen pinksterkringen.

opmars
Volgens Nannen, oud-docente psychologie aan de Evangelische Hogeschool, is er op charismatisch gebied niets nieuws onder de zon. Al in de jaren vijftig was zij oor- en ooggetuige van genezingsdiensten van buitenlandse genezers in haar geboortestad Den Haag. In de jaren zeventig begon de bevrijdingsbediening - het uitdrijven van demonen - aan een opmars, volgens de auteur met alle gevolgen van dien: gelovigen raakten verontrust of zij soms demonisch belast waren of kwamen niet tot rust door de vraag of echt wel alle demonen verdreven waren. 'Weer anderen werden gedreven door de onzekerheid of eventueel weer nieuwe demonen in hun leven waren 'binnengekomen'.'


Het bevrijdingspastoraat is onderdeel van een 'strategisch-geestelijke oorlogsvoering tegen duivelen en demonen' die achter ziekte en ander onheil in iemand leven zouden zitten. Zij richt daarbij het oog volgens Nannen niet uitsluitend op Jezus, maar fixeert ook op demonen. 'Er wordt niet alleen tot God gebeden, maar ook worden demonen geboden. Dat geschiedt in ons land meestal bij christenen en vaak nadat deze hun zonden op vooral occult terrein aan God beleden hebben, hoewel de Schrift daar niets over zegt.'

Bevrijdingsbeoefenaars leggen het accent op de nieuwe, 'zondeloze' mens die weer door demonen bezet kan worden. Dat een belast persoon daarvan bevrijd moet worden, staat volgens haar haaks op de Bijbelse leer dat het genoeg is als iemand zijn zonden belijdt en laat wegnemen door Jezus Christus.

duivel
Charismatici onderschatten de duivel, die geen macht is maar een persoon, als ze zelf demonen sommeren iemand te verlaten, stelt de schrijfster.

God zegt volgens haar in de Bijbel niet voor niets dat je je niet met boze geesten mag inlaten. Een hulpvrager die toelaat dat een pastor via hem demonen ondervraagt, wordt 'een medium tot de onzichtbare wereld'. 'Dat heeft juist (extra) demonische beďnvloeding of zelfs gebondenheid tot gevolg'. Nannen vindt het aanspreken van demonen een vorm van spiritisme, wat bij een hulpvrager nooit tot vrijheid kan leiden. 'Hij kan hooguit een misleidende pseudobevrijding ervaren en zich vrij voelen. Een bevrijding van zogenaamde familiedemonen en generatievloeken door een bevrijdingsbedienaar of - team is in ieder geval altijd een schijnbevrijding'.

Het bevrijdingsteam of een exorcist, iemand die demonen uitdrijft, loopt ook het gevaar gebonden te raken, aldus Nannen. 'De Schrift geeft daartoe immers geen enkele opdracht, dus geen volmacht én geen bescherming.' Triest is, aldus de schrijfster, dat duiveluitdrijvende pastors deze gebondenheid niet onderkennen. 'Integendeel, door het 'succes' van gedetailleerde informatie uit het rijk der duisternis denkt men juist meer inzicht in en macht over demonen te hebben verkregen. Maar hoe kan een gebonden exorcist anderen ooit helpen vrij te worden?'

1. Reformatorisch Dagblad - 16 februari 2011 - www.refdag.nl 

Els Nannen: Wie satan bindt, wordt zelf gebonden

KAMPEN – Het bevrijdingspastoraat komt voort uit een charismatische bron: achter ziekten zou het werk van satan en demonen zitten. Demonen worden geprovoceerd, patiënten worden met trauma’s opgezadeld. Els Nannen: „Wie satan of demonen bindt, wordt zelf gebonden.”

In haar boek ”Waarlijk vrij? Bevrijdingspastoraat in het licht” (uitg. Kok, Kampen) bespreekt Nannen zeer kritisch de bevrijdingsbediening, in al haar facetten.

De oud-docente psychologie aan de Evangelische Hogeschool (EH) was in de jaren vijftig ooggetuige van de invoering van genezingsdiensten in haar woonplaats Den Haag. Zo raakte zij bekend met de pinksterkringen, want vooral vanuit deze hoek werd bevrijding van demonen gepraktiseerd. Zij constateerde dat de gevolgen negatief waren. Mensen kwamen niet tot rust na een bevrijdingsbediening, anderen waren onzeker of er mogelijk niet weer nieuwe demonen hun leven zouden binnenkomen. Menigeen belandde in een psychiatrische inrichting.

Nannen heeft bezwaar tegen het feit dat in het bevrijdingspastoraat niet alleen tot God wordt gebeden, maar ook tot de demonen. De huidige bevrijdingsbediening is een onderdeel van de zogenaamde „strategisch-geestelijke oorlogsvoering tegen duivelen en demonen.” Veel bevrijdingsleraars gaan volgens haar uit van een heel ander wereldbeeld dan dat van de Schrift, namelijk van een permanente oorlog van God tegen satan. „Het oog is daarbij niet uitsluitend gericht op de Here Jezus, maar gefixeerd op boze geesten. Een dergelijk charismatisch-theologisch denkkader staat haaks op dat van de Schrift.”

Oorzaak van de zondeval is volgens veel bevrijdingsleraars de satan. Volgens Nannen maakt men zich hierdoor aan Bijbelkritiek schuldig. Gods Woord zegt dat door de ongehoorzaamheid van de mens de zonde de wereld is binnengekomen......
Lees verder... 
 

www.vergadering.nu