www.vergadering.nu  Recensie-index  www.vergadering.nu

2 RECENSIES


Bijbelcommentaar
Genesis, Exodus
Studiebijbel Oude Testament - deel 1
M.J. Paul, G. van den Brink, J.C. Bette (red.)
Centrum voor Bijbelonderzoek, Veenendaal, 2004
9789077651018
Verdere informatie: www.studiebijbel.nl  
Dit boek bestellen bij Boekwinkeltjes.nl (tweedehands)...

of zoek bij: fakkel.nl | ichthusboekhandel.nl | goedhartboeken.nl

Deel 1... | Deel 2... | Deel 3... | Deel 4... | Deel 5... | Deel 6... | Deel 7... | Deel 8... | Deel 9... | Deel 10... | Deel 11... | Deel 12...


2. Profetisch Perspectief – oktober 2005

Boekrecensie door G. Hette Abma

Studiebijbel deel 1 van de serie Oude Testament - Genesis, Exodus. (SBOT).

Het gebeurt frequent dat iemand schrikt van de overweldigende hoeveelheid boeken, wanneer hij het studeervertrek van een predikant betreedt. Bijna zonder uitzondering klinkt dan ook de stereo type vraag: heeft u die boeken ook allemaal gelezen? Enige uitleg is op zijn plaats. Veel van die folianten kunnen niet beschouwd worden als leesboeken. In vaktermen spreekt men dan over naslagwerken. Je ziet van die lange rijen staan met allemaal dezelfde bandjes. Wie het nog niet weet, krijgt te horen dat dit commentaren zijn. Voor de uitleg van een bepaald gedeelte uit de Bijbel kun je daar de nodige informatie vinden. Tenminste: dat mag je hopen. Soms valt het lelijk tegen. Juist de vragen waar je zelf al lezend in de bijbel op stootte, komen in zo'n exegetisch werk niet aan de orde. Zelf denk ik vaak: je hebt veel boeken nodig omdat er veel kaf onder het koren zit. Wanneer ik nu uw aandacht wil vestigen op een nog vrij recent verschenen Bijbelcommentaar op Genesis en Exodus, dan kunt u direct aannemen dat mijn oordeel daarover gunstig uitpakt.

We mogen dankbaar zijn voor de verschijning van het eerste deel van de ‘Studiebijbel op het Oude Testament’ (SBOT). We krijgen daarin tekst en uitleg. Om te beginnen krijgen we de oorspronkelijke Hebreeuwse tekst aangereikt, die is overgenomen uit de ‘Biblia Hebraïca Stuttgartensia’. Dit is de Masoretische tekst die ten grondslag ligt aan de ons bekende bijbelvertalingen. Boven de Hebreeuwse woorden staan de zogenaamde Strongnummers. Deze zijn ontleend aan de nummering die werd toegepast door James Strong in zijn ‘Exbaustive Concordance’ (1890). Vele vooral Engelstalige naslagwerken. Op het internet is op die manier een mogelijkheid informatie over bepaalde woorden te vinden.

Er zal altijd behoefte blijven aan bepaalde naslagwerken, zoals de ‘Studiebijbel’ waar ik graag uw interesse voor wil wekken. Voor mensen die de Hebreeuwse taal niet goed beheersen of helemaal niet kunnen lezen is de geboden interlineaire vertaling een uitkomst. Tussen de regels van de oorspronkelijke tekst wordt woord voor woord de vertaling gegeven. Op de andere bladzijde krijgen we vers voor vers een uitleg. Waar vragen worden opgeroepen worden we verwezen naar de website: www.studiebijbel.nl. Daar staan suggesties voor verder onderzoek. Een prima combinatie, conform de eisen van ons digitale tijdperk. Je hebt een stevig boek in handen en tegelijk kun je surfen op het world wide web om je kennis te verrijken met de meest actuele informatie.

Waarom valt mijn beoordeling van dit commentaar zo positief uit? Er wordt aandacht geschonken aan de wetenschappelijke benadering van de Pentateuch (de vijf boeken van Mozes). De schrijvers zijn van oordeel dat we dankbaar gebruik kunnen maken van allerlei historische, archeologische en literaire inzichten, mits we maar blijven binnen het kader van een gelovig aanvaarden van de Bijbel als het Woord van God. Tevens zijn ze ervan overtuigd dat we kunnen spreken over de eenheid van Gods openbaring. Schitterend wordt dit gedemonstreerd wanneer ze met een kennelijk genoegen lijnen trekken van Genesis 3:22 naar Openbaring 22: 2. Concreet gezegd laten ze ons graag zien dat de boom des levens terugkeert in de voleinding als het geboomte, waarvan de bladeren waren tot genezing der heidenen.
 





Van beslissende betekenis is de belijdenis die als uitgangspunt wordt gekozen. De schrijvers zijn ervan overtuigd dat de Bijbel ons laat zien hoe God zijn heilsplan in de loop der eeuwen wilde ontwikkelen. In de dogmatische bezinning bestaat de handicap van een verengd zicht op de hoofdlijnen, zoals bijvoorbeeld: schepping, zondeval en verlossing. In veel exegetische beschouwingen wordt de nadruk gelegd op de belevenissen van de aartsvaders. Niemand zal ontkennen dat er een frappante overeenkomst is tussen de gelovigen toen en nu. Maar volgens de scribenten van het commentaar is het de intentie van de bijbelschrijvers de voortgang van Gods heilswerk aan te tonen.

Terecht wordt geconstateerd dat het funest was de boeken van Mozes en de profeten aan te duiden als het Oude Testament. Evenmin was het een gelukkige greep om dierbaar te spreken over de boeken van het oude en het nieuwe verbond. Om te beginnen is het verwarrend dat er in de bijbeluitgaven een witte bladzijde zit tussen het Oude en het Nieuwe Testament. Rebecca de Graaf zei reeds: die moet eruit gescheurd worden. De bijbelboeken vormen een eenheid! Bovendien worden er in het zogenaamde Oude Testament over verschillende verbonden gesproken. Het verbond met Abraham is niet aan bepaalde condities gebonden, terwijl het verbond van de Sinaï wel afhankelijk is van de vervulling van de gestelde voorwaarden door het volk Israël. Jeremia 31 gaat in op dit conditionele aspect. Van het door deze profeet genoemde nieuwe verbond is Jezus de Middelaar (Hebr. 8:9). Prachtig is het kernachtige citaat van Saphir in dit verband: En nu Christus het heilige der heiligen was binnengegaan met zijn eigen bloed, was het oude in feite voorbij, maar bleven Gods beloften voor zijn uitverkoren volk in Abraham vast en onveranderlijk.

Op die manier staat om nog eens met Rebecca de Graaf te spreken de wissel goed. Je vraagt je alleen af waarom de schrijvers toch willen vasthouden aan het spreken over het Oude en het Nieuwe Testament. Het is zo ingeburgerd en wordt zelden naar zijn eigenlijke betekenis opgevat. Burgers van Gods Koninkrijk worden niet blij van zo'n opmerking waarmee alles weer wordt glad gestreken. Trouwens, de argumentatie klopt niet. Telkens weer blijkt de waardering van het zogenaamde Oude Testament minder te zijn dan van het Nieuwe Testament. Met de allegorie en de typologie wordt uiteindelijk geen recht gedaan aan de oorspronkelijke betekenis van de boeken van Mozes en de profeten en hun belang voor het volk Israël. De substitutietheorie levert daarvan het droeve bewijs. De kerk zou in de plaats gekomen zijn van Israël. Keurig worden de voorbeelden genoemd: de zondag kwam in de plaats van de sabbat, de doop in de plaats van de besnijdenis en Pasen in de plaats van Pésach. Symptomatisch was de handige truc de vloek voor Israël te reserveren en de zegen door te schuiven naar de kerk. Heel eerlijk wordt toegegeven dat de kanttekeningen ook vaak een dergelijke uitleg geven. In calvinistische kring zou altijd meer waardering voor het Oude Testament zijn geweest, dan in rooms katholieke en lutherse omgeving. Maar men vergeet dat de opstellers van de kanttekeningen vaak te rade gingen bij Calvijn! Gewoon toegeven dat we bij alle respect voor de hervormer van Genève lang niet altijd gelukkig zijn met zijn zicht op de blijvende plaats van Israël in het heilsplan van God. Gelukkig klonken andere tonen bij de Nadere Reformatie, het Réveil en de evangelische beweging in de negentiende eeuw.

Er zouden diverse voorbeelden genoemd kunnen worden waaruit blijkt dat de samenstellers van het Bijbelcommentaar een goed zicht hebben op Israël. Aansprekend is wat er over de geldigheid van de geboden geschreven wordt. Met instemming las ik het relaas over de doop die niet in de plaats van de besnijdenis is gekomen. Gelukkig wordt niet ter discussie gesteld dat de besnijdenis een altijddurende instelling is voor de Joden, ook wanneer ze Jezus als hun Messias aanvaarden. 'k Wil nogmaals zeggen: de wissel staat goed! Hierbij geef ik dan ook van harte de aanbeveling het Bijbelcommentaar aan te schaffen. Meestal lees je zo'n kloek boekwerk niet achter elkaar uit, maar je zult er wel steeds naar grijpen bij een gedegen bestudering van Genesis en Exodus.


1. Christenen voor Israël - september 2005

Studiebijbel

Ds. G. HETTE ABMA

Al heel vaak werd me de vraag gesteld of ik een boek zou kunnen noemen waarin een goede verklaring van de Bijbel gegeven wordt. Jammer genoeg is daar niet snel een antwoord op te geven. Wanneer je in diverse boeken kunt grasduinen, dan kun je na verloop van tijd wel bij elkaar vergaren wat van je gading is. Als je er echter één boek op wilt naslaan dan wordt het lastig. Gelukkig kan er nu gewezen worden op een verantwoord commentaar.

Vrij recent verscheen het eerste deel van de Studiebijbel op het Oude Testament (SBOT), waarin de boeken Genesis en Exodus aan de orde komen. Nog dit jaar zal het tweede deel gepubliceerd worden over Leviticus, Numeri en Deuteronomium. Ook al is iemand niet of niet zo goed in staat het Hebreeuws te lezen, dan biedt de zogenaamde interlineaire Vertaling een uitkomst. Tussen de regels van de oorspronkelijke tekst door wordt een woord-voor-woordvertaling gegeven. Bovendien krijgen we op de bladzijde daarnaast een vers-voor-versuitleg. Als er mogelijk vragen worden opgeroepen, staat er een verwijzing naar de website: www.studiebijbel.nl . Zo krijgen we een bijbelverklaring geheel naar de eisen van het digitale tijdperk. Je hebt een stevig boekwerk in handen en daarnaast kun je surfen op het world wide web om de meest actuele info te verkrijgen.

Van harte wil ik dit nieuwe commentaar aanbevelen. Er wordt dankbaar gebruik gemaakt van uitkomsten van het moderne wetenschappelijke onderzoek en toch blijft het uitgangspunt dat de Bijbel gelovig aanvaard wordt als het Woord van God. Dikwijls wordt bij de concretisering van de uitleg alleen maar gezocht naar een toespitsing in het leven van de gelovige. De schrijvers van deze Bijbelverklaring richten onze aandacht ook op de voortgang van de heilsgeschiedenis. Daarbij verliezen ze de bijzondere positie van Israël in het plan van God niet uit het oog. Geen wonder dat de auteurs de zogenaamde substitutietheorie verwerpen: de kerk is niet in de plaats van Israël gekomen. Ze trekken ook de consequenties daaruit. Zo wordt duidelijk gemaakt dat ook de doop niet in de plaats gekomen is van de besnijdenis. Als een Jood, die belijdt dat Jezus de Messias is, toch zijn zoontje wil laten besnijden, wordt daar geen punt van gemaakt. Ziedaar: een bijbelgetrouw, maar niet traditionalistisch commentaar! Daarom: graag van harte aanbevolen!


www.vergadering.nu