Tegen
de islam valt niet aan te preken
ZWOLLE
- Tegen de islam valt niet aan te preken. Het was de stelling die dr. W. J. Ouweneel
zaterdag opwierp tijdens de publieksdiscussie ”Wat geloven wij?” op de CLK-beurs
in Zwolle.
Onze liefde tot moslims mag ons zicht op wat de islam is niet belemmeren, zei de
voorman van de Vergadering van Gelovigen. „Islam betekent niet vrede -een van de
grote jokkernijen van deze tijd-, maar onderwerping. Aan de sharia, aan de koran. En
het woord jihad heeft weliswaar in een aantal koranteksten de betekenis van ”strijd
tussen oude en nieuwe natuur”, maar in andere toch echt ”heilige strijd”.”
Tegen de islam is niet aan te preken, betoogde Ouweneel. „Wel tegen de moslim. Maar
dat heeft geen zin. Tegen iemand aan preken, daaruit spreekt minachting. Zo van: Ik
preek de wijsheid en doe mijn plicht, het Evangelie verkondigen, maar ik bekommer me
niet over de uitwerking die mijn woorden hebben.”
Ouweneel: „Ik pleit voor dialoog. Niet in de zin van de
gelijkwaardigheid van godsdiensten. Ik sta voor de absolute waarheid, in Jezus
Christus geopenbaard. Wel in de zin van de gelijkwaardigheid van mensen. Eerst moet ik
de moslim als mens doorgronden en respecteren. Eerst moet ik me ook heel sterk in zijn
geloof hebben verdiept, wil ik iets over de Heere Jezus tegen hem kunnen zeggen.”
Ouweneel was een van de vier „gelovenden” die, onder leiding van H. Medema van de
jubilerende uitgeverij Medema uit Vaassen, met het publiek in discussie gingen „over
de inhoud van het christelijke geloof na 11 september 2001.”
Het debat volgde op de presentatie van het „spraakmakende” boek ”Verklaar
moslims de vrede”, van de hand van Christine Mallouhi.
Christenen begrijpen niet wat moslims beweegt,
en andersom, zei Mallouhi. „Daarom heb ik dit boek geschreven. Ik hoop dat het u
over de kloof naar de andere kant brengt. Want christenen hebben een ándere
boodschap. Een boodschap van vrede.”
Vrede verklaren aan moslims leidt tot oorlog. Christenen zijn te soft als het om
moslims gaat, luidde de stelling die H. J. Takken van de stichting Evangelie &
Moslims „vaak om zich heen hoorde.” Hij was het er echter „hartgrondig mee
oneens. In de eerste plaats: we praten vaak over moslims alsof het allemaal kleine
saddam husseintjes zijn. Maar de islam is heel divers. Slechts een heel beperkte
minderheid legt de koran gewelddadig uit. Twee: Als ik probeer een volgeling van Jezus
Christus te zijn, heb ik de weg van de vergelding niet te gaan. Abraham Lincoln moet
ooit hebben gezegd: „Overwin ik mijn vijanden niet door ze tot mijn vrienden te
maken?” Dat sprak me trouwens ook aan in het boek van Christine.”
Jenö Sebök, voorlichter bij Open Doors, stemde vanuit de zaal met Takkens woorden
in. „In Nigeria en op de Molukken hebben moslims vele kerkgebouwen verwoest en de
woningen geplunderd. Maar pas zei iemand tegen me: „Toen de christenen al het geweld
nog over zich heen lieten komen, kwamen er nog moslims over tot het christendom. Sinds
ze zijn gaan terugslaan, is geen moslim christen meer geworden.””
Forumlid Arnold van Heusden van de Evangelische Alliantie stelde dat „de Bijbel meer
lijkt op een gedicht dan op een wiskundige formule.” Van Heusden, grootgebracht in
„de besloten kring van de Vergadering van Gelovigen” verklaarde de Bijbel in de
loop van zijn leven te zijn gaan zien als „een van God gekregen liefdesbrief.”
Maar welk beroep kunnen we er in dat
geval nog op doen? vroeg iemand zich af. „Dat is nu precies de vraag die ik wilde
stellen”, sloot Ouweneel zich daarbij aan. „De meeste mensen die beginnen over de
Bijbel als gedicht vertrouw ik voor geen cent.” Van Heusden: „Ik wil ermee
aangeven dat God door zijn spreken meer ons hart probeert te raken dan ons hoofd. En
dat het er niet zozeer op aankomt dat wij de grote waarheden allemaal kennen, maar dat
we ze in de praktijk brengen, ook naar moslims toe.
Boekrecensie
- Verklaar moslims de vrede
[ Foto's - met dank aan www.medema.nl ]
|