Prof.
Ouweneel bezocht gemeente T.B. Joshua
Duivel imiteert God, niet omgekeerd

Wonderen, en zeker wonderen van ver, veroorzaken vaak veel
gespreksstof. 'Kan dat wel?' En als het gebeurt: 'Het lijkt wel occult!?' 'Deugt
overigens degene om wie het gaat?' Vooral Nederlanders tonen zich dan bedreven in het
- preventief - scheiden van kaf en koren. Niet in de laatste plaats geldt dit voor
'prophet T.B. Joshua en diens bediening in de Nige-riaanse gemeente The Synagogue,
Church of all nations te Lagos.
De afgelopen weken verschenen in verschillende christelijke media artikelen met
wederwaardigheden over deze persoon. Een blad ontving nul op rekest toen men een
vragenlijst aan Joshua zond. Daardoor moest dat blad het weer van horen zeggen hebben.
Ook Visie plaatste een artikel en daarop kwamen weer diverse reacties.
Prof. dr. W.J. Ouweneel, wetenschapper, theoloog en vooral bekend om zijn
publicaties over occultisme en parapsychologie (Het domein van de slang) had ook zo
zijn vragen bij Joshua. Leek Joshua's manier niet sprekend op de manier van de
sjamanen (medicijnmeesters) of, dichter bij huis, de werkwijze van Jomanda? Volgens
Ouweneel is veel kritiek er „evident op gericht" iets negatiefs aan te merken
op Joshua. „Ik ben geschrokken van wat ik op internet over Joshua vond, maar
iedereen die werk voor de Here doet, komt onder vuur te liggen.
Natuurlijk is dat geen bewijs dat iedereen die kritiek krijgt, een werk van God
uitvoert. Maar anderzijds: Mensen die per se kwaad willen, zul je wel nooit kunnen
overtuigen dat Gods Geest daar aan het werk is." Met het toenemen van de kritiek
op Joshua werd Ouweneel bezorgder. Zat er waarheid in de kritiek? Of werd hier juist
een werk van de Geest bekritiseerd? Met vragen over de praktijk in The Synagogue en
zorgen over de vaderlandse kritiek stapte Ouweneel in het vliegtuig naar Lagos.
Imitatie
En inderdaad, Jomanda's manier lijkt oppervlakkig gezien op Joshua's manier.
Ouweneel: „Maar dat bewijst niets, integendeel. Twee zaken kunnen op elkaar lijken,
maar hoeven daarom nog niet dezelfde bron te hebben. Zegt de Bijbel zelf niet dat de
duivel komt als een engel des lichts? Luther noemde hem 'de aap van God'. Paranormale
verschijnselen zijn een imitatie van wat Gods Geest bedoelt. Daardoor is het vaak zo
moeilijk die twee uit elkaar te houden, tenzij je kijkt naar wat het uitwerkt in
levens van mensen. In Mattheüs 7 vers 15 laat de Here Jezus zien dat je valse
profeten kunt herkennen aan hun vruchten. Wat mij betreft, kijken we zo naar het werk
van Joshua. Toen ik in die gemeente voor mijn ogen al die wonderen zag gebeuren,
beleefde ik heel sterk dat ik het werk van de Here Jezus als het ware meebeleefde. Ik
merkte dat je je er niet boven kon stellen om van daaruit met behulp van theologische
categorieën te beoordelen wat er gebeurde. Integendeel, de Geest werkte heel anders
met mij."
Het overweldigde u eigenlijk.
„Ja, maar dan zeggen de critici
weer: Zie je wel, Ouweneel heeft zich laten inpakken. Nee, ik heb mijn kritische zin
behouden. Je moet nuchter blijven én je openstellen voor het werk van Gods Geest. En
dan zie je dat er mensen aan de voeten van de Here Jezus gebracht worden, dat zij hun
zonden belijden en zich overgeven aan Hem. Lauwe christenen gaan zich toewijden,
huwelijken herstellen, gezinnen herenigen; dat is het werk van God. De duivel heeft
geen enkel belang bij overgave aan de Here Jezus. Satan kan veel nadoen, tot op zekere
hoogte kan hij ook genezing schenken, maar hij zal nooit mensen voor de Here Jezus
laten buigen.
Joshua citeert vaak Johannes 10 vers 10: 'De dief komt niet dan om te stelen....' Dat
wil zeggen dat de duivel met dubbele hand terugvraagt van wat hij heeft gegeven. Als
mensen genezen onder een occulte bediening, dan moeten ze een prijs betalen:
Nachtmerries, 'stoornissen' in hun geestelijk leven en moeite met bidden. Bij Joshua
vindt juist geestelijke, psychische en emotionele heling plaats."
Ouweneel was bijzonder benieuwd naar het Evangelie dat Joshua bracht. „Uit de
Bijbel weet je dat mensen wonderdaden kunnen verrichten, maar als je naar hen
luistert, hoor je dat ze een valse Christus brengen. Je moet dus niet naar hun
wonderen kijken, maar naar de prediking luisteren. Joshua verwijst naar Christus en
Zijn werk en naar de Bijbel. Kenmerkend daarin is de oproep tot bekering,
verootmoediging en zondebelijdenis."
Aangrijpend
De kerk van Joshua wordt regelmatig bezocht door mensen die onder invloed staan van
demonische machten. Zij komen met de bedoeling het werk van Joshua te ontkrachten,
omdat zij merken dat hun werk door dat van Joshua gestoord wordt. Eenmaal in The
Synagogue krijgen deze geesten echter te maken met Gods Geest.
Ouweneel: „Het was aangrijpend te zien hoe deze demonen uitgedreven werden en te
zien hoe deze mensen daarna vrij zijn en de vreugde van Christus uitstralen. Het
getuigenis op hun gezicht is heel ontroerend. De duivel voert grote aanvallen uit op
dit werk, maar de mensen die hij daarvoor gebruikt, worden in vrijheid gesteld. Als je
naar deze bediening kijkt, is het de grootst denkbare dwaasheid om te zeggen dat hij
zelf door demonen zou zijn bezet. Hetzelfde argument gebruikte men tegen de Here Jezus
en de apostelen."
Joshua beklaagde zich tegenover Ouweneel specifiek over het feit dat de meeste kritiek
op het werk in Lagos uit Zuid-Afrika en Nederland komt. Ouweneel: „Juist in
Nederland hebben we met geweldige geestelijke machten te maken. Onze huidige
samenleving is daar een product van. Het gevaar bij ons is niet euthanasie, abortus en
homohuwelijk, maar de geest van godsdienstigheid die in dit land heerst. Die geest is
echter zo zwak dat we die verderfelijke ontwikkelingen niet hebben kunnen tegenhouden.
Veel mensen in Nederland vervullen nog wel trouw hun godsdienstplichten, maar ze zijn
krachteloos in de Geest. Ook speelt mee dat Nederland een sterke scholastische
traditie gekend heeft, waarbij het verstand heerste over de werken van Gods Geest. We
geloven wel in de opstanding van Christus 2000 jaar geleden, maar de levende kracht
van de opgestane Heer in ons eigen leven kennen we nauwelijks. De theologie over de
Heilige Geest is prachtig dichtgetimmerd, maar de kracht kennen we daardoor
nauwelijks."

Maar ook uw ogen zijn pas geopend
in Lagos.
„In Lagos zag ik pas echt wat God
ook vandaag nog kan geven. Niet zozeer theologisch, door te redeneren, maar door zelf
de aanraking van de Heilige Geest te beleven. Dat heb ik zelf ook heel sterk ervaren
en dat was voor mij haast nog belangrijker dan de genezingen en demonenuitdrijvingen
die ik mocht aanschouwen. Een belangrijk kenmerk van de aanraking door de Geest is
verootmoediging en zondebelijdenis, nieuwe toewijding en levensheiliging. Ik merk in
mijn bediening dat dat overslaat op andere mensen. Dat is trouwens het kenmerk van
elke opwekking. Dat mensen zonden gaan belijden, zich opnieuw gaan toewijden aan
Christus en loskomen van de macht van de rationalistische traditie die het werk van de
Geest eigenlijk buitensluit. Een theologie waarbij we alleen maar praten over het werk
van Gods Geest in onze harten zit ons alleen maar in de weg."
Is er reden als zendingstoerist naar Lagos te gaan?
„Zelfs degene die er uit vleselijke nieuwsgierigheid naartoe gaat, zou toch altijd
nog door de Here aangeraakt kunnen worden. Maar zeker mensen die zich echt door de
Here gedrongen voelen daar iets te ontvangen, kunnen er heen gaan. Je moet wel een
visum hebben van de Nigeriaanse overheid en daarvoor heb je een uitnodiging uit het
land nodig. Daarom moet je je eerst in Lagos aanmelden. Dan gaat pastor Joshua eerst
bidden om duidelijkheid over de vraag of het goed is dat de aangemelde persoon ook
inderdaad komt. Soms is het daarvoor niet Gods tijd."
Joshua ziet dingen 'in de Geest',
die wij niet zien. Dat voelt zo beangstigend, dat schept wantrouwen.
„Dat komt doordat we het niet
kennen. In het Nieuwe Testament zien we dat de profeet Agabus ook voorzeggingen doet
over Paulus (Hand. 11 vers 27 en 21 vers 10). Dat is een heel belangrijk aspect van
een echt profetische bediening."
Verborgen zonden
Veel mensen die tijdens de dienst een getuigenis aflegden, kregen een laatste vraag:
'Wat beloof je nu voor de toekomst'? Velen antwoordden door de kracht van God niet
meer te willen zondigen (Joh. 5 vers 14 en 8 vers 11).
Ouweneel: „Wij hebben de zonde zo gemakkelijk opgevat als een vanzelfsprekendheid
die ons bijblijft tot onze dood. Daardoor is er vaak zoveel verborgen zonde in onze
gemeenten, want er wordt verkondigd dat we 'arme zondaren' blijven. Als we zo leven,
zullen we de kracht van Gods Geest niet ervaren. Dan kennen we allemaal de tekst: 'Ik
ellendig mens, wie zal mij verlossen uit het lichaam dezes doods'? (Rom. 7 vers 24),
maar niet de tekst 'In Hem zijn wij meer dan overwinnaar' (Rom. 8 vers 37)."
Marcus Wisse
www.vergadering.nu
|