Nederlands Dagblad - 20 november 2006
Asielzoekers 2 -
Ingezonden
De discussie tussen Hans Bronswijk (ND 25 oktober en 13 november) en Steef van Keulen (ND 29 oktober) over onze rechters en de
IND is interessant.
Bronswijk beweert dat rechters de casus vaak hebben getoetst ('Uitzetten gebeurt niet zomaar'). Van Keulen zegt dat rechters
bestuursrechters zijn, die toetsen op procedurefouten en niet de inhoud van de casus beoordelen. Bronswijks reactie is: je ziet
toch meteen dat rechters meer toetsen dan procedurefouten.
Al deze reacties
zijn wat kort door de bocht, maar als ervaren hulpverlener aan asielzoekers moet ik Steef van Keulen naar de geest grotendeels
gelijk geven. Als er een procedurefout is gemaakt (zoals geen handtekening, een pagina te weinig gekopieerd, een faxfout) dan
krijgt de vreemdeling van de Raad van State geen gelegenheid die fout te herstellen (conform artikel 85 Vreemdelingenwet 2000).
Een vormfout in hoger beroep betekent deportatie naar het thuisland.
Uit eigen
ervaring weet ik dat de IND ook let op vormfouten. Een fout die de IND een asielzoeker vaak tegenwerpt, is dat bepaalde
documenten, zoals documenten van mensenrechtenorganisaties, al in de zienswijze hadden moeten worden ingebracht in plaats van in
de beroepsfase. Maar dat is lang niet altijd mogelijk, gezien de korte tijd die er is voor een zienswijze en de overbelasting
van asieladvocaten. Als de IND het asielrelaas
ongeloofwaardig heeft bevonden, dan is het enige dat de rechter doet, heel marginaal (summier) toetsen of de IND terecht tot
ongeloofwaardigheid van het asielrelaas heeft geconcludeerd.
Een van de
ergste dingen die de IND hanteert, is het door Buitenlandse Zaken laten opstellen van een zogenaamd individueel ambtsbericht.
Daarin staan dingen die in strijd zijn met het asielrelaas en het is dan aan de asielzoeker om te bewijzen dat zo'n bericht niet
juist of volledig is. Die berichten zijn echter lang niet altijd juist. Bijkomend probleem is dat de asielzoeker niet wordt
verteld wat de bronnen zijn van dat bericht en hoe het tot stand is gekomen. Het is dus praktisch onmogelijk te bestrijden, ook
in hoger beroep.
De heren
Spijkerboer en Vermeulen schrijven in hun boek Vluchtelingenrecht: "Dat is uit een oogpunt van rechtsbescherming
onaanvaardbaar" (blz. 247). Die mening deel ik, want hierdoor worden terechte vluchtelingen zomaar overgeleverd aan hun
vervolgers met vreselijke gevolgen. Het is de hoogste lijd dat aan dit soort wantoestanden een einde wordt gemaakt.
C. Noorlander,
Eindhoven, hulpverlener asielzoekers
Meer...
|