Ik ben in gedachten maar eens met Lukas, de schrijver van het bijbelboek, gaan praten. Hem heb
ik mijn ideeen eens voorgelegd. Ik probeer me te verplaatsen in die tijd, om er zelf bij te zijn, met de Mensenzoon mee te
reizen en het opnieuw zelf te beleven.
'Luister, Bennie,' zei Lukas als het ware tegen me. 'Dat wilde ik nu ook, schrijven over de
Heer Jezus. Over die tijd toen Hij leefde op aarde. En weet je' - zei hij, terwijl ik hem in gedachten een beetje zag
glimlachen - 'dat er maar heel weinig mensen zijn die door hebben dat ook ik er niet zelf bij was? Dat ik het heb
geschreven... achteruitkijkend? Ik wist, net als jij, ook al veel van wat er allemaal op gevolgd was en realiseerde me ook hoe
rijk ik was, omdat ik christen was. Nou dan - waarom zou jij dan niet over de Heer Jezus schrijven, en dan voor jouw tijd?
Als door mijn woorden of stijl of vorm, of door vertalingen of wat dan ook, mijn verslag wat
minder goed toegankelijk is voor jouw tijdgenoten - waarom dan niet? We kunnen toch gewoon afspreken dat mijn verslag de
echte, door God geinspireerde tekst is en blijft, en dat jouw woorden daarvan een eigentijdse bewerking vormen? De mensen van
jouw tijd zijn nu eenmaal anders dan de mensen van de mijne.
Trouwens, jij hebt ook nog eens de Brieven van Paulus zwart op wit in je Bijbel. Had ik niet
eens. Verwijs daar maar naar. Leg hier en daar maar wat van mijn verslag uit, als dat nodig is.
En kijk maar of je de verbanden in mijn Evangelie ontdekken kunt. Het gaat er tenslotte toch
om dat de Heer Jezus bewonderd wordt en dat de mensen enthousiast worden voor Hem? Nou, dan moeten ze van Hem onder de indruk
raken!'
|
Bennie had graag een soort dertiende discipel willen zijn. Om zelf te kijken naar alles wat er
toen in de tijd van de Bijbel gebeurde. Om alles echt mee te maken. Om bijvoorbeeld de gezichten te zien van de mensen,
wanneer de Heer wonderen deed. Of het gejuich te horen, wanneer de mensen ontdekten dat ze genezen waren. Om de Heer Jezus
Zelf in begrijpelijke taal te horen praten. Tegen anderen, maar vooral ook: heel persoonlijk tegen hem. En Hem te kunnen
vragen naar dingen die hij niet begrijpt...
Bennies verlangen werd alleen maar sterker. Vooral toen hij het Lukas-evangelie weer eens van
voren af aan begon te lezen. Nadat hij daar een paar hoofdstukken in op weg was, stond zijn besluit vast: hij wilde erbij
zijn. Bij de Heer Jezus. Hij wilde met de Mensenzoon meereizen.
In dit boek wordt het verslag van Lukas naverteld. Het is geschreven alsof je er zelf bij
bent. Met hier en daar wat 'tekstplaatjes', om datgene wat je meemaakt, te verhelderen.
Boven elk stukje staat een inleidende zin die aangeeft wat het verband is met het voorgaande.
Vaak geeft die zin ook uitleg van de structuur in de tekst. De tussenkopjes geven een korte samenvatting van het gedeelte dat
volgt. Op die manier begrijp je het verband beter.
Die verbanden in Lukas zijn belangrijk, want Lukas houdt er bij de rangschikking van zijn
stukjes een heel bijzondere volgorde op na.
Aan het einde van ieder hoofdstuk staan vragen. Daarmee kun je zelf, of samen met anderen, aan
de slag. Je zult ontdekken dat deze vragen je goed helpen om de tekst beter te begrijpen. Het zoeken naar de juiste antwoorden
is een belevenis op zich.
Dit boek is een goede hulp bij bijbelstudies voor (jeugd)groepen. Kringleiders kunnen het
gebruiken om samen met de groepsleden door het Evangelie te reizen. Het boek is ook heel geschikt voor zelfstudie en
persoonlijke geloofsopbouw. Vooral wanneer je opziet tegen ingewikkelde bijbelstudies, is dit boek een uitkomst. Ongemerkt doe
je tijdens het lezen allerlei basiskennis op, die je direct in je eigen leven weer kunt toepassen.
|