Start

Vrouwen profeteren
   FAQ
   Brochure
   Winston
   Godet
   Praatstuk
   Links

Muziek

Opname
   Geen opname?
   Israel terzijde gesteld?
   250 redenen Nieuw
   FAQ - vragen
   J.N. Darby

Wedergeboorte

Zoonschap
   Eeuwig zoonschap

Genezing
   Geneest de zieken
   Handoplegging
Heilige Geest
Charismatisch

Verzoening


Home > Opname in de BijbelGeen opname?Israel terzijde gesteld?FAQJ.N. Darby

J.N. Darby

Hoofdstuk 12 uit: De Here tegemoet – door Tim LaHaye
Een uitgave van Het Zoeklicht...

Doel nummer één

Alle aanvallen op de leer van de opname vóór de verdrukking (pre-tribulation rapture) zijn gericht op één man.

John Darby is volgens de meeste aanvallers de persoon die het eerst deze profetische mening verkondigde. Zoals we zagen, beschuldigen sommigen hem dat hij tot deze leer gekomen was door het visioen van een Schots meisje. Nog fellere aanvallers zeggen dat hij geïnspireerd was door een demon, of dat hij deze leer overgenomen had van een ontslagen dominee, Irving, of van een afvallige jezuïet, genaamd Lacunza.

Wat voor aanvallen en beweringen er ook mogen zijn, John Darby speelt een belangrijke rol in iedere studie over de opname vóór de verdrukking. Het staat vast dat hij meer gedaan heeft dan iemand anders om dit standpunt bekend te maken in de Verenigde Staten en in Groot-Brittannië [en in Europa, HS]. Geboren in 1800, altijd vrijgezel gebleven, wijdde hij zijn grenzeloze energie aan de zaak van Christus, door zielen te winnen, door te prediken en onderwijs in de Bijbel te geven, door gemeentes te vormen, door te leren op conferenties en door boeken uit te geven. Hij heeft heel veel geschreven in de vorm van brieven, traktaten, pamfletten, artikelen en boeken (ongeveer 52) (1). Veel wat hij geschreven heeft, wordt bewaard in bibliotheken in de hele Westerse wereld.

Ofschoon Darby tenger was en geen indrukwekkend voorkomen had, was hij toch een krachtige persoonlijkheid. Hij was briljant, onvermoeibaar in zijn zendingsijver en in het geven van onderwijs uit de Bijbel. Hij had een sterke wil. Als gevolg daarvan was hij vaak intolerant tegenover mensen die het met hem oneens waren. Toch had hij een groot geduld met ernstige zoekers naar de waarheid. Maar hij was niet altijd even geduldig met mensen die weigerden serieus over zijn standpunt na te denken.

We voelen ons gedrongen onze mening over Darby te vormen door te luisteren naar mensen die hem persoonlijk gekend hebben. Dr. James Brookes, een bijzondere Presbyteriaanse voorganger in zijn dagen, beschouwde hem als 'één van de grootste bijbelleraren van zijn tijd' (2). C.I. Scofield en D.L. Moody waren Amerikaanse volgelingen van de leer van Darby. Moody verkondigde het pre-trib standpunt door zijn eigen dienst, zijn Northfield Bible Conferences en het Bible Institute dat zijn naam draagt. Toch had hij een ernstig meningsverschil met Darby over een andere leerstelling, namelijk dat van het ultra-Calvinisme. Dit was in tegenstelling met het benadrukken van de vrije wil door Moody (3). De meeste van de eerste fundamentalisten (mensen die geloven in het bijbelse scheppingsverhaal) en stichters van zendingsgenootschappen, universiteiten en bijbelscholen, aan het eind van de negentiende eeuw, namen de gedachten van Darby over en gaven ze door.

Darby heeft de dingen die hij leerde niet zelf bedacht: zoals de opname voor de verdrukking, het verschil tussen Israël en de gemeente, de leer van de bedelingen, typen en symbolen en andere kenmerkende leringen. Hij is tot de meest aangehaalde leraar van de profetie sinds de apostel Paulus geworden. Veel bijbelgeleerden hadden al één of meer van deze waarheden geleerd vóór Darby. Maar hij heeft al deze waarheden tot een samenhangend geheel gemaakt.

Darby nam enkele gedachten over de opname over van mensen vóór hem, die ook de opname en de tweede komst zagen als twee verschillende gebeurtenissen. Hij stelde een tijdschema van gebeurtenissen tussen beide momenten samen en zorgde ervoor dat zijn gedachten steeds in overeenstemming waren met de Bijbel. Doordat hij veel reisde, kon hij zijn inzichten overal bekend maken. Zijn leer werd door bijbelgetrouwe christenen aanvaard, niet vanwege zijn overredingskracht, maar omdat zijn inzichten gegrond waren op de Bijbel.

In zeker opzicht volgde ik zijn voorbeeld. Ik had namelijk het voorrecht de eeuwenoude theorie van de vier temperamenten in Amerika bekend te maken door erover te schrijven en te spreken. Deze theorie heb ik niet zelf bedacht. Ik leende ze van denkers voor mij. Ik voegde er enkele gedachten aan toe: namelijk een vermenging van temperamenten en de kracht van de Heilige Geest om de zwakheid van een aangeboren temperament te versterken.

Darby is beïnvloed door veel mannen voor hem, die ook de Bijbel letterlijk namen. Sommigen leerden de bedelingen, anderen zagen het verschil tussen de gemeente en Israël. Weer anderen hadden oog voor toekomstige gebeurtenissen. Hij voegde er waarheden aan toe, die hij in het Woord van God ontdekt had. Hij maakte zijn leer bekend door er veel over te schrijven en op veel plaatsen erover te spreken.

De achtergrond van Darby

Darby is geboren in Londen. Zijn ouders kwamen uit Ierland. Zijn familie was rijk, zij konden zich veroorloven hem naar de beroemde Westminster school te sturen. In 1815 verhuisde het gezin van Londen naar hun voorvaderlijk kasteel in Ierland. In hetzelfde jaar begon Darby met zijn studie aan het Trinity College in Dublin (4). Hij studeerde rechten en voltooide zijn studie in 1819 als Classical Gold Medalist (de hoogste onderscheiding). Hij werd lid van het Hooggerechtshof in 1822, maar trad een jaar later terug. 'Hij verkeerde in een grote geestelijke strijd van 1818 tot 1825, wat leidde tot zijn bekering. Ook tijdens deze stormachtige jaren worstelde hij al met de vraag: wat is de ware kerk?' (5). Hij zegt zelf van die tijd: 'Wat mij betreft, ik ging door diepe zielsoefeningen, voordat er een begin van vrede kwam. Het duurde nog zes of zeven jaar voordat ik helemaal vrij was.' (6)

Tijdens deze zoektocht ontstond er een persoonlijke relatie tussen hem en Christus. Waarschijnlijk werd hij geïnspireerd door de vurige prediking van professor Richard Graves in Trinity. Als gevolg van zijn diepe geestelijke strijd zag hij zijn beroep als rechtsgeleerde niet meer zitten.

In 1825 werd hij geestelijke in de Church of England. Hij kreeg een parochie in Ierland toegewezen. Hij was onafgebroken bezig in zijn parochie, zodat veel katholieken overgingen tot de protestantse kerk. Binnen een jaar werd hij benoemd tot voorganger in de Church of England. Al gauw na zijn benoeming werd hij teleurgesteld door een besluit van zijn bisschop, dat allen die zich bekeerden tot de Church of England, trouw moesten zweren aan de koning van Engeland. Darby zag in dat dit in strijd was met de heerschappij van Christus. Dit besluit van de bisschop maakte zijn arbeid onder de katholieken minder succesvol. (7)

Eind november 1826 brak Darby een been. Tijdens het genezingsproces had hij veel tijd om de Bijbel ijverig te bestuderen en de dingen die hij bestudeerd had op een rijtje te zetten.
In deze tijd leerde hij duidelijk het verschil kennen tussen Israël en de gemeente en zijn eigen positie in Christus. Ook ging hij geloven in de spoedige wederkomst van Christus:

'Ik zag in dat de christen die zijn plaats in Christus heeft in de hemelse gewesten, op niets anders hoeft te wachten dan de komst van de Heiland, om gebracht te worden naar de heerlijkheid, naar de plaats waar hij in beginsel nu al is, 'in Christus' (Ef. 2:6).'

'De komst des Heren is een waarheid die ik toen leerde begrijpen. Als ik nu al gezeten ben in de hemelse gewesten in Christus, dan hoef ik alleen maar te wachten op het ogenblik dat ik in de hemel zal zijn met Hem. Jesaja 32 leerde me de gevolgen voor de aarde te zien in verband met bovenstaande waarheid. Hoewel andere bijbelgedeeltes nu ook duidelijker voor me zijn, zag ik toen in dit hoofdstuk een duidelijke verandering van bedeling, wanneer de Geest zal worden uitgestort over het Joodse volk en een Koning in gerechtigheid zal regeren op aarde.' (8)

Zo had hij al op jonge leeftijd - hij was toen 27 jaar - de basis gelegd van de principes waarop hij zijn hele gedachtesysteem zou bouwen. Tegenwoordig spreekt men van dispensationalisme (leer van de bedelingen) en daarmee verbonden is de leer van het pre-tribulationisme.

Binnen vier tot zes jaar was Darby actief betrokken bij een serie bijeenkomsten, 'the Powerscourt Conferences', waarbij men ijverig de Bijbel bestudeerde. Hij had de praktische leiding bij de tweede en derde bijeenkomst. In deze tijd raakte hij, samen met anderen die zich hadden afgescheiden van de gevestigde staatskerk, betrokken bij het begin van de zogenaamde Broederbeweging. Nadat Darby een tijd in Zwitserland was geweest, vond een ongelukkige gebeurtenis plaats tijdens de ontwikkeling van deze jonge beweging. Darby werd steeds meer overtuigd van zijn mening over het verschil tussen de gemeente en Israël en de opname van de gemeente voor de verdrukking. Maar zijn goede vriend en mede bijbelleraar, B.W. Newton, die de zorg over de Plymouth Brethren Assembly tijdens zijn afwezigheid op zich genomen had, nam bovengenoemde leerstellingen niet aan. De discussies tussen hen beiden werden zo heftig dat zij, net als Paulus en Barnabas, uit elkaar gingen. Dit leidde uiteindelijk tot de eerste van de vele scheuringen in de Broederbeweging.

Beiden hadden trouwe navolgers en beide groepen hebben elkaar hevig bestreden in de negentiende eeuw, vooral op papier. Doordat Darby de nadruk legde op de opname van de gemeente, gescheiden van de verschijning in heerlijkheid, beschuldigden zijn tegenstanders hem dat hij geloofde in twee komsten van Christus. Deze kritiek wordt nog steeds gebruikt door de post-millennialisten en de post-tribbers.

Door de steeds groter wordende verschillen in de Broederbeweging kwamen Darby en sommige van zijn aanhangers in 1845 zover, dat zij zich onttrokken aan de gemeenschap. Later werd Newton buiten de gemeenschap geplaatst omdat hij een verkeerde leer over de persoon van Christus bracht. (9)

Het is te begrijpen dat Newton een wrok tegen Darby had. Volgens een onderzoeker 'besteedde hij de tweede helft van zijn leven aan het bestrijden van het standpunt van de pre-trib rapture en daardoor kwam hij vaak in botsing met Darby. Hij schreef tientallen boeken om zijn standpunt te verdedigen.' (10)

Bijna alle aanvallen van de tegenwoordige tijd op het standpunt van de pre-trib vinden hun oorsprong bij S.P. Tregelles, de zwager van Newton! Tregelles stond naast Newton, niet alleen vanwege hun verwantschap maar ook omdat hij historicus was en het standpunt van de post-trib aanhing. Hij streed vurig tegen het dispensationalisme en tegen het standpunt van de pre-tribulation rapture. Tregelles waagde het zelfs te veronderstellen dat de leer van Darby afkomstig was van demonen of van valse geesten.
We kunnen zeggen dat Tregelles en Newton vijandige getuigen waren die een begin gemaakt hebben met de aanvallen op de leer van 'de zalige hoop'.

Vanwaar kreeg Darby zijn theorie?

De meeste aanvallen op Darby gaan over de oorsprong van zijn leer. Gelukkig zijn deze aanvallen gedateerd. De kerkhistoricus Roy Huebner stelde vast dat deze bronnen te laat waren om invloed op Darby uit te kunnen oefenen. Tussen 1826 en 1827 was hij tot het inzicht gekomen dat de wederkomst van Christus dichtbij was en dat er een verschil is tussen de gemeente en Israël. Huebner toont aan dat het nog verscheidene jaren duurde voordat deze inzichten bij Darby definitief vaststonden. Maar het feit dat de komst van Christus ieder ogenblik kan plaatsvinden, was één van de onderwerpen die hem het eerst duidelijk waren geworden.

Huebner komt na een onderzoek van vele jaren tot de veronderstelling dat de jonge Darby hulp heeft gekregen van een vrome voorganger, genaamd Tweedy, die hem hielp in te zien dat in 2Thess. 2:1-2 gesproken wordt over de opname van de gemeente. Het is belangrijk op te merken dat Darby deze informatie ontving nog voordat de (gedateerde) aanvallen op zijn leer kwamen, die we straks zullen bestuderen.

Veel bijbelvertalingen verduisteren de ware betekenis van 2Thess. 2:1, waardoor het moeilijk is voor onderzoekers de opname te zien in de uitdrukking 'onze vereniging met Hem.' Darby heeft deze tekst zo vertaald:

'Wij vragen u echter, broeders, in verband met de komst van onze Here Jezus Christus en onze bijeenvergadering tot Hem, dat u niet zo snel in uw denken geschokt wordt...' (11)

Ik ben er vast van overtuigd dat Darby beïnvloed is door de nieuwe golf van een zich profetisch bewust worden in zijn dagen. En ook door de Goddelijke invloed van zijn leraren op het Trinity College. Dat waren allen mensen die de Bijbel, letterlijk namen. Waarschijnlijk is hij ook beïnvloed door de geschriften van Gill en anderen voor hem. Vooral door Morgan Edwards, een baptistenvoorganger in Philadelphia. We noemden hem al op blz. 48 van dit boek. Hij leerde de opname vóór de verdrukking al 70 jaar voor Darby. Natuurlijk was er ook de leiding van de Heilige Geest, Die die waarheid aan het licht wilde brengen voor deze laatste dagen, als voorbereiding op deze gebeurtenis. Ook moeten we de intense persoonlijke studie van Darby van het Woord van God noemen. Hij heeft zelf gezegd dat hij zijn inzichten verkregen heeft door zijn studie van het Woord van God. En we weten dat we hem op zijn woord kunnen geloven.

Hij zei zelf hoe hij tot deze leer is gekomen:

'Door het zorgvuldig lezen van het boek Handelingen kreeg ik een praktisch beeld van de vroege kerk. Daardoor voelde ik diep de tegenstelling met de toestand waarin de kerk zich nu bevindt. Toch heeft God haar lief. In die tijd moest ik krukken gebruiken om me voort te bewegen, zodat ik geen gelegenheid had mijn overtuiging in het openbaar bekend te maken... In deze tijd van afzondering leerde God me bij het overdenken van Jes. 32 dat er nog een toekomstige bedeling zal komen; een toestand zoals er tot nu toe niet geweest is op aarde. Door het me bewust zijn van mijn verbonden zijn met Christus, wist ik dat ik nu al deel had aan het hemelse deel van de heerlijkheid. Tegelijk deed dit hoofdstuk me duidelijk zien dat er ook een aards deel is van de heerlijkheid. Ik was toen nog niet in staat deze dingen een plaats te geven of ze te ordenen zoals ik nu wel kan, maar de waarheden op zichzelf werden me toen door God geopenbaard, door de werking van Zijn Geest en bij het lezen van Zijn Woord. Ook zag ik in dat Christus zal komen om de gemeente tot Zich te nemen in heerlijkheid. (12)

De kerkhistoricus Ernest R. Sandeen schreef de volgende woorden in 1970 over de bronnen van Darby, nog voordat de jongste aanvallen op Darby naar boven kwamen en nog voordat het eerste boek van Huebner ter verdediging van Darby verschenen was.

'Darby zelf noemt als bron van zijn inzichten alleen de Bijbel... In latere jaren gaf hij aan dat hij al in 1827 tot de overtuiging van zijn leer gekomen was. De tegenstanders van Darby beweren dat zijn leer ontstaan zou zijn tijdens één van de uitbarstingen van het spreken in tongen in Edward Irving's kerk, ongeveer 1832. Dit is een ongegronde en kwaadaardige beschuldiging. Noch Irving, noch iemand van de Albury groep verkondigden de leer van de opname van de gemeente... Omdat het de bedoeling van deze beschuldiging is deze leer in diskrediet te brengen door de oorsprong ervan toe te schrijven aan fanatisme, in plaats van aan de Bijbel, bestaat er weinig grond er geloof aan te hechten.' (13)

Een andere geleerde, William E. Bell, die zelf niet gelooft in het standpunt van de pre-trib, geeft toch zijn objectieve mening weer in zijn boek: 'A Critical Evaluation of the Pretribulation Rapture Doctrine in Christian Eschatology':

'De eerlijkheid gebiedt echter, in de afwezigheid van ooggetuigen, om deze kwestie afdoende te kunnen beoordelen, dat het voordeel van de twijfel gegeven moet worden aan Darby en dat de beschuldiging geuit door Tregelles als een mogelijkheid beschouwd kan worden, maar met onvoldoende bewijskracht om aanvaard te worden... Overigens komt het me voor dat het standpunt van Darby - met de hulp van Tweedy - het meest voor de hand ligt. Mijn conclusie wordt versterkt doordat Darby stelt dat hij tot zijn inzicht gekomen is door het bestuderen van 2 Thess. 2:1-2.' (14)

Wie geïnteresseerd is in de details van de gebeurtenissen van 1826-1845 kan hierover meer vinden in het boek van Huebner: 'Precious Truths Revived and Defended'. In dit boek is veel informatie te vinden in de vorm van aantekeningen, brieven en zeldzame documenten (15).

In dit boek wordt ook duidelijk gemaakt dat Darby tegen het jaar 1827 overtuigd raakte van het standpunt van de pre-tribulation rapture. Deze datum is belangrijk omdat niet één van de aanvallen van de laatste tijd, die veronderstellen dat Darby het standpunt van de pre-trib had ontleend aan onzuivere bronnen, data geeft van voor 1831. Het is waarschijnlijk dat, als het boek van Huebner eerder verschenen was, sommige aanvallen van de laatste 30 jaar niet naar boven gekomen waren.

Heeft Lacunza Darby beïnvloed?

Een vaak voorkomende aanval die meer aandacht verdient, is de gedachte dat Darby beïnvloed was door de geschriften van een afvallige Jezuïetenpriester. In het jaar 1826 verscheen de vertaling in het Engels van het verbazingwekkende boek 'The Coming of Messiah in Power and Glory', geschreven door Manuel de Lacunza. Edward Irving, die het boek vertaalde, was in die tijd nog populair en gerespecteerd. Later verkondigde hij ketterijen, waardoor hij uit zijn ambt werd gezet in 1834. Irving vertaalde het boek en schreef een lang voorwoord terwijl hij en zijn vrouw op vakantie waren in 1826. Hij
voltooide het werk net op tijd om het aan te bieden aan zijn congregatie voor kerstmis. Toen moest het boek nog gereed gemaakt worden voor de drukker. Pas eind 1827 kon het boek worden uitgegeven. Daardoor was de eerste Engelse vertaling pas beschikbaar toen John Darby al tot het inzicht gekomen was dat de opname zal plaatsvinden vóór de verdrukking. Toch heeft dit feit evangelist John Bray (die het boek van Lacunza omstreeks 1985 las, nadat hij een vurige verdediger van het post-trib standpunt was geworden) niet kunnen weerhouden te proberen het pre-trib standpunt ongeloofwaardig te maken door te veronderstellen dat Lacunza de eerste was die deze mening verkondigd had. Hier willen we opmerken dat Lacunza lid was van een geheime samenzwering van Jezuïeten die de Protestantse kerk wilden omverwerpen.

John Bray geeft aan op blz. 2 van zijn boek: 'The Origin of the Pre-Tribulation Rapture Teaching' dat zijn belangstelling voor het boek van Lacunza voor het eerst was opgewekt door de hevige aanvallen op Darby door Duncan Mc Dougall in zijn boek getiteld 'The Rapture of the Saints'. Zo zien we dat de moderne aanvallen op de leer van de opname vóór de verdrukking alleen maar een herhaling zijn van de oude aanvallen op de vroege Broeders, op de leer van de bedelingen en op de opname. Deze aanvallen gaan terug tot 1845 en de lastercampagne van Newton en Tregelles.

Het boek van Mr. Bray gaf me aanleiding een bezoek te brengen aan de bibliotheek van het Congres in Washington D.C., waar ik het werk van Lacunza fotokopieerde. Bezien in het licht van zijn tijd en achtergrond, kwam ik onder de indruk van het boek, de schrijver en zijn ongelofelijke opvattingen. Op elke bladzijde blijkt dat hij de dingen ernstig onderzocht heeft. Het moet voor de objectieve lezer duidelijk zijn dat het boek het werk is van een briljante en toegewijde dienaar van Jezus Christus, wiens voornaamste doel was Hem te verheerlijken en de mensen voor te bereiden op de spoedige komst van Christus. Ik twijfel er ernstig aan dat dit boek ingegeven kan zijn door een of andere satanische samenzwering.

Lacunza was geen pre-tribulationist

Een ding is zeker: John Darby kan onmogelijk zijn ideeën overgenomen hebben van deze Jezuïet, want Lacunza leerde geen pre-'tribulation rapture! Hij had weinig of geen kennis van de verdrukking. Zijn grote visie was de verschijning in heerlijkheid, die volgens hem plaats zal vinden voor het vrederijk. Het is waar dat hij ook geloofde in een opname voor sommige gelovigen, apart van de verschijning in heerlijkheid. Maar hij leerde niet een verdrukking die beide gebeurtenissen van elkaar scheidt. In werkelijkheid zag hij tussen beide gebeurtenissen een gedeeltelijke opname van maar enkele gelovigen, die 45 dagen lang naar de hemel gaan, terwijl de aarde vernieuwd wordt door vuur (2Petr. 3:10).

In mijn hele onderzoek naar literatuur over de pre-trib heb ik nooit iemand anders gevonden die zo'n theorie verkondigde. Er is geen enkele reden om aan te nemen dat Darby de ideeën van Lacunza overgenomen zou hebben. Wat de opname betreft, moet ik toegeven dat Lacunza in 1Thess. 4:16-18 een opname zag, namelijk van enkele levende en gestorven gelovigen. Wat dit standpunt betreft, stond hij niet alleen. Ook anderen gaven dezelfde uitleg over 1 Kor. 15:50-58 en 1Thess. 4:16-18.

Een nauwkeurig onderzoek van de gedachten van Lacunza brengt aan het licht dat hij verwachtte dat de antichrist op aarde zal komen gedurende 1260 dagen (volgens de profeet Daniël). Dan zal Christus verschijnen voor enkele gestorven en nog levende christenen, hen opnemen, hen bij Zich houden in de lucht gedurende 45 dagen. Dan zal Hij de aarde verwoesten door vuur en tenslotte zal Hij een nieuwe aarde scheppen. Daarna zal Hij terugkomen naar deze aarde om zijn koninkrijk van 1000 jaar op te richten.
We kunnen Lacunza prijzen om zijn vooruitstrevende ideeën in de tijd waarin hij leefde, maar wat hij leerde was een komst van Christus na de verdrukking, met een gedeeltelijke opname van 45 dagen voor enkele heiligen. Wie aanneemt dat John Darby (die dit boek nog nooit gezien had toen hij tot zijn standpunt kwam) zijn gedachten over de opname overgenomen had van Lacunza, sluit zijn ogen voor de feiten. Zijn verklaring van het boek Openbaring laat zien dat hij geloofde dat de hoofdstukken 4-19 vooraf gaan aan de komst van Christus.

Hoewel ik me persoonlijk aangetrokken voel tot de toegewijde schrijver van het boek 'The Coming of Messiah in Power and Glory', kan ik niet aannemen dat Darby zijn standpunten uit die bron heeft overgenomen. Er is weinig overeenkomst tussen Darby en Lacunza, want Darby leerde dat Christus zijn gemeente zal opnemen en brengen naar het huis van zijn Vader waar ze zeven jaar zal verblijven. In die tijd gaat de wereld door de verdrukking. Daarna zal Christus komen om zijn duizendjarig rijk op te richten. Het standpunt van Darby komt op geen enkele manier overeen met die van Lacunza, om twee redenen: 1. Darby verkondigde zijn inzichten voordat het boek van Lacunza gedrukt was in het Engels. 2. Bij het nauwkeurig lezen van het boek van Lacunza wordt het duidelijk dat hij niet geloofde in de opname van de gemeente voor de verdrukking.
Lacunza geloofde in een gedeeltelijke opname na de verdrukking. Hij was in geen enkel opzicht een pre-tribulationist.

'Het Woord van de Waarheid recht snijden'

Ondanks de verschillende meningen die we behandelden, werd de leer van Darby steeds populairder onder gelovigen die de Bijbel letterlijk nemen. Veel Independent, Baptisten en Methodisten voorgangers zagen in dat de leer van Darby met de Bijbel overeenkwam wat betreft de bedelingen, het verschil tussen Israël en de gemeente, zijn visie over de toekomst, de verwachting van de spoedige komst van Christus en de opname vóór de verdrukking. Ook zij namen de Bijbel letterlijk. Zij geloofden al in de komst van Christus vóór het vrederijk. Het was voor hen maar een kleine stap om de gedachten van Darby te accepteren als bijbels.

Omdat het standpunt van de pre-tribulation rapture niet in strijd was met hun andere leerstellingen, voelden maar weinigen zich gedwongen hun kerken te verlaten en zich aan te sluiten bij de Broederbeweging. Als gevolg van het populair worden van deze leer, groeiden veel kerken. Daardoor verkondigde de Broederbeweging niet als enige de leer van Darby. De leer van Darby, 'het Darbisme', verspreidde zich over Ierland, Engeland en Schotland. Tenslotte werd zij ook bekend in Noord Amerika en Canada.

Door de vele reizen van Darby naar de Verenigde Staten (zeven keer) en Canada werden zijn opvattingen in deze landen meer bekend dan in Groot-Brittannië. Veel bijbelinstituten en -scholen namen zijn leer over en zo maakten veel voorgangers in hun opleiding kennis met deze leer. De standpunten van Darby werden altijd ondersteund door de Schrift. Daardoor was het voor veel bijbelgetrouwe gelovigen gemakkelijk deze leer te aanvaarden.

Sommige van deze voorgangers zagen in dat de gestorven en nog levende gelovigen opgenomen zullen worden vóór de openbaring van 'de mens der wetteloosheid' (2Thess. 2:3). Darby is waarschijnlijk de eerste die de visie van de opname vóór de verdrukking gestalte gaf. De verdrukking zag hij als een tijdperk dat zeven jaar duurt. Darby werd geholpen bij het ontwikkelen van deze waarheid door Mr. Tweedy, 'een geestelijk mens en de meest toegewijde dominee onder de Ierse Broeders.' (16) Terwijl ze nadachten over 2Thess. 2:1-2 werd het hem duidelijk dat de uitdrukking 'onze bijeenvergadering tot Hem' betrekking heeft op de opname van de gemeente. Huebner stelt dat dit niet later dan 1830 gebeurde. Dit was nog voordat de beschuldigingen tegen Darby naar boven kwamen.

Waarom pas in de negentiende eeuw?

Het is waar dat het standpunt van de pre-trib rapture pas in 1826-28 in detail geformuleerd werd. Nu kunnen we vragen: 'Wanneer kwam het standpunt van de post-trib rapture naar voren?' Dr. Walvoord verklaart dat het post-tribulationisme zoals het tegenwoordig geleerd wordt, nog vrij jong is. Beide standpunten gaan ervan uit dat de verschijning in heerlijkheid na de verdrukking komt, zoals onze Heer voorspelde. De apostel Johannes plaatst deze gebeurtenis vlak voordat Christus zijn koninkrijk opricht. Alle pre-millennialisten zijn het hier over eens. Maar het tijdstip van de opname en de gebeurtenissen tijdens de verdrukking geven aanleiding tot hevige debatten.

Zover ik kan beoordelen uit de kerkgeschiedenis, namen mensen die geloven in de opname na de verdrukking aan dat de opname en de verschijning in heerlijkheid hetzelfde was. Voor post-tribbers is het standpunt van de pre-tribbers verdacht omdat het nieuw is. Dit in tegenstelling met de veronderstelde lange geschiedenis van hun standpunt. De meeste post-tribbers hebben weinig inzicht in de tweede komst van Christus. Pas toen het standpunt van de pre-tribbers populair werd, gingen de post-tribbers anders denken over de opname en gingen ze hun standpunt duidelijker formuleren. Daarom is het historische begin van beide standpunten niet relevant in deze discussie.

Als Darby niet gesteld had dat de opname zal plaatsvinden voor de verdrukking, was waarschijnlijk iemand anders van zijn tijdgenoten tot dit inzicht gekomen. Dat de leer van Darby zo'n geweldige ingang kreeg bij de bijbelgetrouwe christenen van zijn tijd lag niet aan Darby, maar aan het feit dat velen toen ervan overtuigd waren dat ze de leer van de Bijbel letterlijk moesten nemen.

Een christen schrijver van de twintigste eeuw schrijft:

De conclusie van F.F. Bruce hoe Darby kwam tot zijn standpunt van de opname vóór de verdrukking, schijnt correct te zijn. Het zat (bij wijze van spreken) in de lucht omstreeks de jaren 1820 en 1830 bij gelovigen die zich ijverig bezig hielden met het bestuderen van onvervulde profetieën. (17)

Ook moeten we bedenken dat Darby 'de opname' niet zelf bedacht heeft. Huebner zegt heel correct: 'Het woord 'opname' was al lang voor 1832 bekend. Hiermee werd bedoeld: het opgenomen worden van de gelovigen. Zo schreef bijvoorbeeld Joseph Mede (1586-1638) over de opstanding van hen die in Christus ontslapen zijn en de opname van hen die nog achtergebleven zijn en dat beide groepen samen in de lucht de Here tegemoet zullen gaan. (18)

Dit geeft duidelijk aan dat Mede, die leefde in de zeventiende eeuw, 1Thess. 4:13-18 begrepen heeft. Het gaat hier namelijk over de opname van de gelovigen. Hij gebruikte zelfs het woord 'opname'. Mede heeft hier 200 jaar voordat Darby de opname opnieuw bekend maakte, over geschreven. We zien dus dat de uitdrukking 'de opname' niet uniek was voor Darby. Anderen hadden dit woord al voor hem gebruikt. Er zijn veel geschriften die verwijzen naar de opname, voor ons bewaard gebleven. Ongetwijfeld zijn er nog veel meer geschriften over de eindtijd niet ontdekt of ze zijn verloren gegaan.

Bijvoorbeeld, al in het jaar A.D. 270 schreef ene St. Victorinus, bisschop van Petau, een commentaar op het boek Openbaring. Daarin schreef hij:

'En Ik zag een ander groot en geweldig teken, zeven engelen met de zeven laatste plagen; waarbij de toorn van God voleindigd werd. Want de toorn van God treft altijd de opstandige mensen met zeven plagen, dat is precies zoals staat in Leviticus. Dit zal plaatsvinden in de laatste tijd, wanneer de gemeente uit hun midden zal zijn weggegaan.' (19)

Dus is het duidelijk dat de leer dat de gemeente 'in de laatste tijd' opgenomen zal worden, wat inhoudt: de komst van Christus, al bekend was in de derde eeuw.

Als u hieraan de lijst van bewijzen toevoegt van hen die al geloofden in de opname toevoegt, lang voor Darby (zoals Morgan Edward, in 1742 en Pseudo-Ephrem in A.D. 372), dan beseft u dat het duidelijk is dat het standpunt van Darby over de opname van de gemeente en de komst van Christus niet door hemzelf bedacht is. Er is namelijk al veel eerder in de kerkgeschiedenis over dit heerlijke onderwerp geschreven en gesproken.

De inzichten van Darby zijn gebaseerd op de Schrift

Tegenstanders van het standpunt van de opname vóór de verdrukking houden ervan het zo te laten voorkomen dat dit een revolutionaire leer is, terwijl het enige verschil tussen beide standpunten de vraag is of de opname vóór of na de verdrukking zal plaatsvinden, een verschil van zeven (of van meer) jaren. Toch is het een belangrijk verschil, want het gaat erom of de christenen de verdrukking wel of niet moeten doormaken.

Wij mogen veilig aannemen dat Darby zijn standpunt over de komst van de Here niet ontleend heeft aan de bronnen die hem toegeschreven worden door zijn tegenstanders, die hem belasteren. Moderne onderzoekers hebben niets gevonden dat hierop wijst. En de aanvallen van deze tegenstanders, waardoor veel argeloze mensen bedrogen zijn, zijn niets anders dan een herhaling van oude, schandelijke aanvallen.

Wees ervan verzekerd dat dit standpunt over de gebeurtenissen van de eindtijd, dat op de Bijbel gebaseerd is, betrouwbaar is en uw blijvend vertrouwen verdient.




Voetnoten:

1. Floyd Saunders Elmore, "A Critical Examination of the Doctrine of the Two Peoples of God in John Nelson Darby", dissertation presented to the faculty of the Department of Systematic Theology, Dallas Theological Seminary, May 1990 (Ann Arbor, MI: UMI, 1991),1.
2. Dr. H.A. Ironside, A Historical Sketch of the Brethren Movement (Neptune, NJ: Loizeaux Brothers, 1985), 98.
3. Idem, 81.
4. Elmore, 12.
5. Idem, 13.
6 Idem, 13. Taken from Darby's Letters, 2:310.
7. Thomas D. Ice, "A short History of Dispensationalism, Part 11", Dispensational Distinctives, vol. 1, no. 2 (maart/april 1991).
8. R.A. Huebner, Precious Truths Revived and Defended Through J.N. Darby (Morganville, NJ: Present Truth Publishers, 1991), 19, quoting J.N. Darby's Letters of J.N. Darby (new ed., 3 vols.) 3:298.
9. Idem, 76
10. Thomas D. Ice, "The Origin of the Pre-Trib Rapture, Part 1" Biblical Perspectives, (jan/febr 1989), 6.
11. R.A. Huebner, 77
12. R.A. Huebner, The Truth of the Pre-Tribulation Rapture Recovered (Morganville, NJ: Present Truth Publishers, 1982) 35.
13. Ice, 2-3.
14. Ice, 3.
15. Huebner, Precious Truths Revived and Defended.
16. Thomas D. Ice, 'The Origin of the Pre-Trib Rapture, Part I I'Biblical Perspectives, (mrt/apr 1989), 5-6.
17. Idem.
18. R.A. Huebner, Precious Truths Revived and Defended, 95.
19. St.Victorinus, Bishop of Petau, "The Writings of Tertullianus" trans. R.E. Wallis, Commentary on the Apocalypse of the Blessed John, vol 111, published by T. Clark, 1870, 428.


Home > Opname in de BijbelGeen opname?Israel terzijde gesteld?FAQJ.N. Darby