Start

Vrouwen profeteren
   FAQ
   Brochure
   Winston
   Godet
   Praatstuk
   Links

Muziek

Opname
   Geen opname?
   Israel terzijde gesteld?
   250 redenen
   FAQ - vragen
   J.N. Darby

Wedergeboorte

Zoonschap
   Eeuwig zoonschap

Genezing
   Geneest de zieken
   Handoplegging
Heilige Geest
Charismatisch

Verzoening


Home > Zoonschap > Eeuwig zoonschap

Jezus, Gods Zoon, is God.

door Harry Sleijster

Bijbelteksten:

Joh.1:1-3 In het begin was(!) het Woord; en het Woord was bij God; en het Woord was GOD. 
Hij 'was' in het begin als 'het Woord' bij God. En dát Woord is vlees/mens geworden.
Alle dingen zijn door het Woord geworden. Hij, de Schepper, was er vóór zijn schepping.
Vgl. Op.19:11-16 Jezus, het Woord Gods, is de Koning der koningen en Heer der heren.

Joh.1:10 en de wereld is door Hem geworden (gemaakt/geschapen)

Joh.1:14-18 En het Woord is vlees geworden(!) (het Woord dat eeuwig was, is vlees geworden 
:14 - De eniggeborene van de Vader (een eniggeborene (of beter: de uniek geborene) ... 
:18 - De eniggeboren Zoon die in de schoot van de Vader is
(zijnde, dwz: Hij was in de schoot, NB: niet in de lendenen (dat is: ongeboren) Hij was daar altijd, NB: Hij was er nooit niet)... 

Joh.1:30 Die na mij komt was eerder dan ik
Johannes de Doper, die ouder is dan Jezus, zegt dat Jezus vóór hem was: Hij was er eerder dan ik. Hij was er voordat Johannes bestond.

Joh.3:13 Niemand is opgevaren in de hemel dan die uit de hemel is neergedaald, de zoon des mensen...
(Hij was daar dus, voordat Hij kwam...)

Joh.5:18 God zijn eigen Vader noemde en Zich dus met God gelijk stelde.

Joh.5:23 opdat allen de Zoon eren zoals zij de Vader eren
Jezus stelt aanbidding tot Zichzelf en tot de Vader gelijk

Joh 5:26  Want gelijk de Vader het leven heeft in Zichzelven, alzo heeft Hij ook den Zoon gegeven, het leven te hebben in Zichzelven
Alles gaat van de Vader uit. God de Vader is de oorsprong van alles wat God is in zichzelf. Zo heeft de Zoon hetzelfde(!) in zichzelf.

Joh.6:29 Dit is het werk Gods, dat gij gelooft in Hem die Hij gezonden heeft
Hij werd gezonden, uitgezonden.

Joh.6:33 Hij is uit de hemel neergedaald -
Neergedaald... Hij was daar, in de hemel

Joh.6:42 ik ben... uit de hemel neergedaald

Joh.8:14 Ik weet van waar ik gekomen ben
Joh.8:23 U bent van beneden, Ik ben van boven
Joh.8:38 Hij spreekt wat Hij bij de Vader gezien heeft
(gehoord :26)
Joh.8:42 Hij is van de Vader uitgegaan
Joh.8:58 Abraham verheugde zich zijn dag te zien, en heeft die gezien
Joh.8:58 vóór Abraham werd, ik ben

Joh.10:17-18 Hij legt zijn leven uit zichzelf af en neemt het weer
Joh.10:28 Hij geeft eeuwig leven
Joh.10:36 Hij is door de Vader geheiligd en in de wereld gezonden

Joh.11:25 Hij ÍS... het leven (Hij IS het leven + Hij is de IK BEN)

Joh.11:27 Gij zijt de Christus, de Zoon van God, die in de wereld komen zou.
...er was dus een Zoon die in de wereld komen zou...
kan iemand op aarde komen als hij er niet IS (nog niet bestaat)? Kan iemand gezonden worden als hij er niet IS? Dit verdraagt zich niet met de gedachte van een Zoon die ontstaan zou bij zijn komen in de wereld. Dan kun je niet meer spreken van "komen in de wereld".
Als gezegd wordt dat de Heer Jezus geen voorbestaan heeft vóór zijn geboorte, is het op zich al eigenaardig dat men zijn geboorte uitkiest voor het moment dat Hij Zoon en 'God' is geworden. Waarom niet bij Zijn ontvangenis/verwekking of waarom niet bij Zijn doop? Of waarom is Hij niet Zoon geworden op een bepaald moment in de 'eeuwigheid' waarin Hij er immers al was als het 'eeuwige Woord'?

Joh.13:3 Hij wist... dat hij van God uitgegaan was en tot God heenging

Joh.14: 6 Hij ÍS... het leven

Joh.14:30 de vader en ik zijn één

Joh.16:27,28 gij hebt mij liefgehad en hebt geloofd dat ik van God ben uitgegaan. Ik ben van de Vader uitgegaan en ben in de wereld gekomen

Joh.16:30 hierom geloven wij: dat Gij van God zijt uitgegaan

Joh.17:5 verheerlijk mij, Vader, bij uzelf met de heerlijkheid die ik bij U had voordat de wereld was.
Hij was bij de Vader vóór de wereld was en had daar heerlijkheid (die ik bij u had).

Joh.17:18 gelijk ook Gij Mij gezonden hebt in de wereld

Joh.17:23,24 dat Gij Mij gezonden hebt... Gij hebt Mij liefgehad vóór de grondlegging van de wereld

Joh.19:19 Opschrift op het kruis:
Jezus van Nazareth, de Koning der Joden... het was geschreven in de Hebreeuwse, Latijnse en Griekse taal”. 
In het Hebreeuws; Jeschua Hanozri Wumelech Hajehudim (let op de beginletters en je weet wie er aan het kruis hangt: JHWH)

Joh.20:28 Thomas: Mijn Heer en mijn God
Thomas' uitspraak stelt Jezus aan God gelijk en wordt door Jezus erkend c.q. niet weersproken.

Mat.1:23 zijn naam: Emmanuel, wat betekent: God met ons

Mat.16:13-20 De discipelen erkennen Hem: Gij zijt de Messias, de Zoon van de levende God

Mat.22:41-46 David noemt hem Heer als hij zegt: de Heer heeft gezegd tot mijn Heer... Als dan David hem "Heer" noemt, hoe is hij dan zijn zoon? (Antw.: De Zoon van David is de Heer, JHWH)


Luk.1:43 Elisabet: "Wie ben ik dat de moeder van mijn Heer naar mij toe komt?"

Luk.2:46-47 Hij stelde de vragen en gaf de antwoorden
...

Luk.24:52-53 En zij aanbaden Hem
en keeeden terug naar Jeruzalem met grote blijdschap. En zij waren voortdurend in de tempel...


1Kor.10:3v de geestelijke steenrots
die met hen meeging... was
Christus

Fil.2:5-11 hij was
(!) in de gestalte van God - hij achtte zijn God-gelijk-zijn niet als een roof - heeft de gestalte van een mens aangenomen(!) - is de mensen gelijk geworden(!)
Het gaat erom dat Iemand die er was(!) "de mensen gelijk gewórden is". Hij was dus voordien, maar niet een méns. Hij was God, wat Hij dan ook niet als een roof achtte, geen titel die gestolen was, maar Hem toebehoorde.

Kol.1:16 in hem zijn alle dingen geschapen

Kol.1:17 alle dingen zijn door Hem en tot Hem geschapen;
Hij is vóór alle dingen - dus vóór alles wat maar geschapen kon worden - Hij is vóór alle dingen - en alle dingen bestaan samen door Hem - de 2e keer dat gezegd wordt dat Hij de Schepper is. 

Kol.1:19 het behaagde de gehele Volheid in Hem te wonen...  

Hebr.1:2 de Zoon... door wie Hij ook de werelden gemaakt heeft

Heb.1:8 Van de Zoon zegt Hij: Uw troon, God, is tot in alle eeuwigheid
De Schrift zegt ook van de Zoon: uw troon, God, is tot in eeuwigheid... en van de Zoon wordt in vers 10 gezegd dat Hij de schepper van hemel en aarde is.

Hebr.1:10 Hij heeft in het begin de aarde gegrondvest - God schiep de werelden door de Zoon - God deed niets buiten de Zoon om

Hebr.10:5 Gij hebt mij een lichaam toebereid - Hij bestond voordien, en toen werd hem een lichaam gegeven - dit is zijn menswording in een lichaam (in Ps.40:7 genoemd als: oren uitgegraven). Hij zei toen tegen God: Ik kom om uw wil te doen, o God... Vers 10: door de offerande van dat lichaam zijn wij geheiligd

1Joh.1:2 Hij is het eeuwige leven dat bij de Vader was en is geopenbaard
Hij is eeuwig + Hij was van eeuwigheid bij de vader

1Joh.4:2,3 elke geest die belijdt dat Jezus Christus in het vlees gekomen is, is uit God; en elke geest die niet belijdt dat Jezus Christus in het vlees gekomen is, is niet uit God; maar dat is de geest van de antichrist - De logica is: in het vlees gekomen is gewoon, dan zou hij mens zijn als de andere mensen, maar bijzonder is dat God in het vlees gekomen is. Arianen (zoals Jehovah's Getuigen) geloven dat hij mens is, of een geschapen engel.

1Joh.5:20 Hij is de waarachtige God en het eeuwige leven
... eeuwig, d.w.z. zonder einde maar ook zonder begin

Openb.1:12-20 Jezus als goddelijke verschijning zegt: Ik ben de eerste en de laatste (Openb.1:17, 2:8). Datzelfde zegt JHWH (!) in Jesaja 41:4; Jes.44:6; Jes.48:12.

Op 4:8 En de vier dieren .....  zeiden dag en nacht: Heilig, heilig, heilig is de Heere God, de Almachtige, Die was, Die is, en Die komt! - Wie is deze die komt? (Ook 1:7,8)

Op 4:11 Gij Heere, zijt waardig te ontvangen de heerlijkheid, en de eer, en de kracht; want Gij hebt alle dingen geschapen, en door Uw wil zijn zij, en zijn zij geschapen.

Openb.5:12,13 Hem die op de troon is en het Lam ontvangen alle eer, lof, aanbidding.
Het Lam dat op aarde geslacht is, komt goddelijke aanbidding toe.   

Op.19:11-16 zijn namen: Getrouw, Waarachtig, Woord van God, Koning der koningen, Heer der heerscharen. 

Openb.21:22 JHWH God en het Lam zijn samen de tempel van het hemelse Jeruzalem.

Openb.21:23 JHWH God en het Lam
zijn samen het ene Licht en lamp van de stad.

Openb.22:3 de troon van God en het Lam is er. NB: God en het Lam gezien als eenheid.

Openb.22:12 Jezus zegt van zichzelf: Ik ben de alpha en de omega, de eerste en de laatste, het begin en het einde. Dat is dezelfde als JHWH God in Openb.1:8.

---


Psalm 2 gaat over de strijd en de zegepraal van de Messias:
Waarom woeden de heidenen...? De koningen der aarde stellen zich op... tegen de HEERE en zijn Gezalfde... maar Ik heb mijn Koning gezalfd over Sion... Gij zijt mijn Zoon, heden heb ik u gegenereerd... en ik zal de heidenen geven tot Uw erfdeel... en gij zult hen verpletteren...
Let er op dat het in Psalm 2 gaat het over het moment dat alles in de schepping zichtbaar zal worden, in de toekomst dus, namelijk als de koningen tegen de Christus zullen opstaan. Dán staat er "Mijn Zoon zal gegenereerd worden en Hij zal de vijand verpletteren".
Psalm 2:7 zegt niet dat de Zoon verwekt werd bij zijn menswording; of ergens in de eeuwigheid. Psalm 2 spreekt van de Zoon die IS: Gij ZIJT Mijn Zoon. De eeuwig Zijnde, zou je kunnen zeggen.
Daarom moet Ps.2:7 gelezen worden als: er IS een Zoon in de Godheid, die in zijn leven, kruiswerk en opstanding, bewezen heeft Gods Zoon te zijn. En die Zoon zal in de voleinding(!) voortgebracht worden, gegenereerd worden, d.w.z. zichtbaar gemaakt worden, namelijk om te heersen op aarde.
Volgens Hand.13:33 zou het "Ik heb u heden verwekt" op Zijn opwekking uit de dood slaan. Heden is dan de paasmorgen.

Dus het antwoord op de vraag WANNEER de Heer Jezus ZOON wérd, vinden we NIET in Ps.2:7. Daar staat dat de Zoon IS. ALS er al een begin aan het zoonschap gezocht moet worden (wat ik dus niet geloof), dan zou dat moment in de verste eeuwigheid gezocht moeten worden. Dus, daarom moet het voor ons mensen, met ons on-eeuwige denkvermogen, toch mogelijk zijn om Gods eeuwige Vader&Zoon-eigenschappen te aanvaarden. Er is geen reden te bedenken waarom daar een begin aan zou moeten zijn.

Psalm 7:12 JHWH is de Rechter (ook Ps.9:5; 75:8; 94:2; Jes.33:22; Hebr.12:23)
Jezus is de Rechter in Hand.10:42; 2Tim.4:8; Jak.5:9.

Psalm 24:8 JHWH is de Koning (ook Ps.44:5; 47:3,7; 74:12; Jes.43:10v; Jes.44:6 etc.
Jezus is de Koning in Mt.2:1-6 e.v.a.


Spreuken 8:1 'De Wijsheid' roept
Spr.8:22-25 Vóór zijn scheppingswerken was hij daar... van eeuwigheid af was hij gezalfd... vóór alle begin was hij "geboren".
Spr.8:26-31 toen hij de hemelen en de aarde maakte, was hij daar dagelijks, een vermaak voor elkaar en zich vermakende met de mensenkinderen.
De eeuwige communicatie binnen de Godheid zal zeker super-intelligent geweest zijn, op een ondenkbaar hoog niveau. En tevens een relatie van liefde, dat is de vader-en-zijn-kind relatie. Dus ook die eeuwige eigenschap van God zou ontbreken als het eeuwig zoonschap wordt ontkend.
Eeuwig zoonschap is ook een logische heldere conclusie als je er vanuit mag gaan dat er binnen de Godheid al vóór de grondlegging van de wereld plannen gemaakt werden.

Jes.9:5a een Kind is ons geboren, een Zoon is ons gegeven
De Zoon is nooit geboren. Een kind is geboren. De ZOON was er, en is ons gegeven. Maria is niet de moeder van de ZOON.

Jes.9:5b Jezus wordt genoemd: sterke God, eeuwige(!) vader
De Vader is eeuwig Vader, en dat was Hij natuurlijk nooit zonder de Zoon, met wie Hij zo één was! De Vader was de eeuwige Vader met de eeuwige Zoon. Jes.9:5 onderstreept de eeuwige eenheid tussen Vader en Zoon.

Jes.40:25 JHWH is de Heilige (ook in Jes.43:3,14,15; Jes.49:7,26)
Jezus is de Heilige in Luk.1:35; Joh.6:69; Hand.2:27; 3:14; 13:35; Openb.3:7.

Micha 5:1 En u, Bethlehem-Efratha, al bent u klein onder de duizenden van Juda, uit u zal Mij voortkomen Die een Heerser zal zijn in Israël. Zijn oorsprongen zijn van oudsher, van eeuwige dagen af.
N.B.: De Messias is een Heerser die van eeuwigheid af is.

Zacharia 12:10  Maar over het huis van David en over de inwoners van Jeruzalem zal Ik de Geest van de genade en van de gebeden uitstorten. Zij zullen Mij aanschouwen, Die zij doorstoken hebben. Zij zullen over Hem rouw bedrijven, als met de rouwklacht over een enig kind; en zij zullen over Hem bitter klagen, zoals men bitter klaagt over een eerstgeborene.
N.B.: De HEER (JHWH) zelf zegt hier: zij zullen MIJ aanschouwen
, die zij doorstoken hebben.

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~

Jezus Christus is God/JHWH

Vergelijk de teksten waar de Bijbel dezelfde namen en titels gebruikt voor zowel God/JHWH en Jezus Christus, en u zult het zien, het bewijs is overstelpend.
 

Zijn titel/naam:
 
God/JHWH: Jezus Christus:
de Schepper Gen.1:1, 2:7 
Job 33:4
Ps.33:6, 104:30
Jes.40:28, 44:24
Ef.3:9
Op.4:11,14:7
Joh.1:3,10 
1Kor.8:6
Kol.1:12-17
Hebr.1:8-12
Op.21:5-7
Op.22:13
de Koning Ps.24:8, 10:16, 5:3
Ps.44:5
Ps.47:3,7
Ps.74:12
Jes.43:10-15
Jes.44:6(-8)
Jer.10:10
Zach.14:9
1Tim.6:15, 1:17
Mat.2:1-6
Luk.19:(32-)38
Luk.23:3
Joh.18:37
Joh.19:21
Op.15:1-4
Op.19:16
de Komende Ps.50:1-6
Zc.14:4,5
Op.1:8
Mat.24:30, 25:31-46
1Th.4:16
Tit.2:(11-)13
Op.1:7
Op.19:11-16
Op.22:12,13,16,20
de Heiland Ps.78:34,35, 19:15
Ps.106:21
Jes.43:3,11
Jes.44:6
Jes.45:15,21
Jes.47:4, 49:26
Luk.1:46,47
Luk.2:11 [de] Heer
Jud:25
1Tm.1:1
Tt.1:3, 2:10, 3:4
Luk.2:10-11
Luk.24:21-25
Joh.4:40-42
Hd.5:31
Fp.3:20
1Tim.4:10
Tit.1:4, 2:13, 3:6
1Joh.4:14
de Heilige Jes.40:25
Jes.43:3,14,15
Jes.49:7,26
Luk.1:35
Joh.6:69
Hd.2:27
Hd.3:14
Hd.13:35
Op.3:7
de Rechtvaardige Jes.24:16 Mat.27:19,24
Hd.3:14
Hd.7:52
Hd.22:14
1Pt.3:18
1Joh.2:1
2Sam.23:3
de Rechter Ps.7:12
Ps.9:5
Ps.75:8
Ps.94:2
Jes.33:22
Hb.12:23
Hd.10:42
2Tim.4:8
Jak.5:9
de Ik-ben Ex.3:13,14
Jes.43:25
Joh.8:58
Dezelfde Jes.41:4
Jes.43:10,11
Jes.48:12
Ps.102:26-28
Hb.1:12
Hb.13:8
de Eerste en de Laatste Jes.41:4
Jes.44:6
Jes.48:12
Op.1:8
Op.1:17
Op.2:8
Op.22:13
de Waarachtige 1Joh.5:20
Rom.3:4
1Joh.5:20
Op.3:7(,14)
Op.19:11
de Rotssteen 2Sam.22:32
Ps.18:3, 19:15, 28:1
Ps.31:3,4,47
Ps.78:35
Jes.27:10
Jes.44:8
Mat.16:18
Hd.4:11
Rom.9:33
1Kor.10-4
Ef.2:20
1Pt.2:6-8
Num.20:8-11
Jes.28:16
de Herder Ps.23:1
Ps.80:2
Ps.95:7
Ps.100:3
Jes.40:10,11
Ez.34
Joh.10:8-12
Hb.13:20
1Pt.2:21-25
1Pt.5:4
de Heer (der Heren) Luk.1:28
Hd.4:26
1Tm.6:15
Dt.10:17
1Kor.8:6
Hb.2:3
Op.17:14
Op.19:16
Vrede Ri.6:24 Ef.2:14
(Jes.9:5 Vrede-vorst)
Gerechtigheid Jer.23:6
Jer.33:16
1Kor.1:30
Vader Jh.20:17
Rm.8:14-16
Jes.63:16
Jes.9:5
een Lamp 2Sam.22:29 Op.21:23
een Licht Ps.27:1
Jes.60:19-20
Mi.7:8
1Joh.1:5
Jes.42:6, 49:6
Joh.1:4,9, 8:12
Joh.9:5, 12:46
een Heerser Ps.59:14
Dan.5:21
1Tim.6:15
2Sam.23:3
Mi.5:1
Verlosser Job.19:25
Ps.19:15, 78:35
Jes.43:14 e.a.
Jer.14:8, 50:34
Mat.1:21

  U ziet het: JHWH en Jeshua zijn Dezelfde


Meer studies:

De godheid van Christus - Roy Davison...
Een overvloed aan gegevens over de godheid van Jezus.
( Bijv. 1Kor.15:28 waar de Zoon Zichzelf onderwerpt aan de Vader. Dat betekent niet minder dan de Vader. Vgl. de vrouw onderwerpt zich aan de man. Het onderwerpen van de Zoon slaat op de voltooiing van zijn verlossingswerk en het einde van zijn 1000-jarig Koningschap, want daarna zal Hij voor eeuwig Koning zijn, zoals Lukas 1:33 zegt. Zie ook de alle eeuwen en tot in eeuwigheid durende aanbidding van de Vader en de Zoon in Openbaring 5:13.)

Een interessante discussie op Tora Yeshua / Ben Kok... 
Ben Kok bespreekt hier de oude dwaalleer dat Jezus niet God zou zijn, welke in 2011 is opgekomen in de Immanuelgemeente in Alblasserdam met voorganger Wim Verdouw , Levi Zoutendijk, Martin Rozema en Hans Holtrop, Kees Bloed (leden/gastleden van deze gemeente).

De grootste misleiding: Jezus niet meer dan een mens / Ben Kok... 
Ben Kok bespreekt hier het boek van Uriel ben Mordechai (Uri Marcus), een "Yashua-Jood" die vanuit zijn grondteksten wil bewijzen dat Jezus niet God zou zijn. Het hoogste doel lijkt te zijn: vooral maar niet in conclict te komen met Joden die Jezus dan wel als EEN messias willen zien, maar dan als één in de rij van vele messiassen die het niet geweest zijn.

Hubert Luns: ‘Hoor Israël …onze God is één!’ (pdf)...
De Triniteitsgedachte vanuit oudtestamentische tijden.
Een artikel dat heel goed de in de oudheid reeds bestaande gedachten over de drie-eenheid aantoont. De drie-eenheid was een geaccepteerde waarheid bij velen onder Israel.

Wat deed Gods Zoon voor hij mens werd?...
Door Paulien Vervoorn en Willem J. Ouweneel
Laten we eens kijken naar een paar mogelijke antwoorden op die vraag, om nog meer onder de indruk te raken van zijn grootheid. Drie activiteiten van de Zoon:...

Waarom wordt Jezus de Zoon van God genoemd?...
  (Engelse video van Answering islam)
Jezus, maar ook andere mensen, worden zonen van God genoemd. Jezus wordt echter op een unieke manier "Zoon van God" genoemd.

Het grote mysterie - Hoe kunnen drie één zijn?... - door C.W.H. Pauli
Dit boek uit 1863 is online te lezen en toont vanuit de Tenach dat de Joden tot in de tweede eeuw geloofden in de Heilige Drieeenheid als een fundamenteel onderdeel van het geloof. De eenheid in de de drieeenheid en de Drieeenheid in de eenheid zijn in de Schriften. De apostelen bewijzen het ook niet, maar het was gewoon onderdeel van hun geloof in een drieënige JHWH.

"Ik ben"-uitspraken... - door Jan Hooikammer (JHk)
Conclusie: Het zelfstandig gebruik van de woorden ἐγὼ εἰμί in het Johannes evangelie zinspeelt op de Naam van God waarmee hij zich heeft bekendgemaakt in het Oude Testament. Jezus toont hiermee aan dat hij op gelijke voet staat met God: hij ís God. De Joden bevestigen dit door, naast alle discussies rondom de ‘Ik ben’ uitspraken door de reactie op zijn uitspraak in Johannes 8 : stenigen. Dit is de straf op godslastering. Ook in openbaringen vinden we dezelfde ‘Ik ben’ uitspraken terug voor zowel God als Jezus. De ‘ἐγὼ εἰμί ‘ uitspraken van Jezus zijn een sterk bewijs van Johannes, dat Jezus de Zoon van God is.

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~
Enkele discutabele uitspraken
Meer discutabele uitspraken komen voort uit deze verkeerde godontkenningsleer. Ze bewijzen ook meteen de onjuistheid ervan:

'Jezus is God, maar niet de eeuwige Zoon'...
'Hij was God zoals wij goden zijn'...
'God is niet mens geworden'...
'Jezus werd Zoon bij... zijn conceptie, of zijn geboorte, of bij zijn doop, of bij zijn opstanding'...
'Hij heeft geen voorbestaan'...
'De Zoon (of de Heer Jezus) was er niet toen God de hemel en aarde schiep'...